RAIFFEISEN-TROFEE OM HET BESTE JAARVERSLAG zwevende DM houden. Zij moesten aanzienlijke bedragen aan Duitse marken aanbieden om te voorkomen dat de feitelijke wisselkoers door het officiële plafond heen zou breken. Een beslissing werd echter uit gesteld tot na de verkiezingen. Twee dagen daar- voor werden de wisselmarkten gesloten en toen het duidelijk werd dat, dank zij een verschuiving naar links, de lang verwachte revaluatie een feit zou worden, werd tot ieders verbazing de koers- vorming vrijgelaten. Voorlopig zou de ruilverhou ding van de Duitse mark worden bepaald door vraag en aanbod en niet meer ondersteund door de Bundesbank. Sindsdien is er een einde ge komen aan de sterke geldstroom naar West-Duits- land en is er eerder een beweging in omgekeerde richting ontstaan. Een belangrijke factor was hierbij dat algemeen werd aangenomen, dat het revaluatie percentage toch niet veel meer dan circa 6,5 zou bedragen. In ieder geval heeft het instellen van deze zwevende valuta, ondanks aanvankelijke kritiek, bereikt dat de onrust op de valutamarkt tot be daren is gebracht. Kritiek kwam niet alleen van de zijde van het I.M.F., in welks vergadering dr. Blessing, de pre sident van de Bundesbank, het Westduitse stand punt uiteenzette, maar vooral ook van de zijde van de EEG welke zich verzette tegen de invoerhef fingen op landbouwprodukten. Inmiddels zijn de eerder vemelde uit november 1968 daterende in- voersubsidies en uitvoerheffingen opgeschort, dat wil zeggen het desbetreffende percentage is tot 0 gereduceerd. Op 24 oktober jl. werd de nieuwe pariteit van de D-mark bekend gemaakt. Daarmee kwam er een einde aan de periode van de zwevende D-mark, welke eind september was begonnen. Het reva luatiepercentage dat op 8,5 werd vastgesteld, was hoger dan menigeen verwacht had. Het resul taat van deze opwaardering zal eerst in een later stadium duidelijk worden. Het effect zal mogelijk wat groter zijn dan van de 5% revaluatie in 1961. Ook verschilt de huidige binnenlandse situatie met die van genoemd jaar. Men behoeft maar te den ken aan de spanningen op de arbeidsmarkt, die tot forse loonstijgingen aanleiding zullen geven. De commissie ter beoordeling van het beste jaarverslag heeft het wenselijk geacht aan de hand van haar bevindingen met betrekking tot de jaar verslagbeoordeling enkele aanbevelingen te doen die zouden kunnen leiden tot een meer evenwich tig opgebouwde en verzorgde verslaggeving. De commissie meent dan ook de volgende op merkingen in welwillende overweging te moeten geven. 1. Uniformiteit ten aanzien van de tekst op de omslag van het jaarverslag. Volstaan kan worden met het opschrift: Jaar verslag 19... met er onder de statutaire naam van de bank. Het vermelden van adressen van hoofd- en bij kantoren, van het boekjaar en oprichtingsdatum, alsmede het hanteren van een korte slagzin, 506

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 40