1 1 =1E .p^ Tm 'f, aiJUTB'' WELKOM Km&vm p- WELKOM JAM Mf I KOM r~mL l WELKOM i MIDDEN- EN KLEINBEDRIJF BEDRIJFSSLUITINGEN OVERWOGEN Voortdurende kostenstijgingen en de onmogelijk heid om deze door omzetvergroting op te vangen, zijn er de oorzaak van dat tal van midden- en kleinbedrijven hun deuren moeten sluiten. Het kan zijn dat de ondernemer ermee ophoudt, het kan zijn dat hij niet meer wordt opgevolgd; hoe het ook zij, het Centraal Registratiekantoor detailhandel ambacht laat van jaar op jaar voor de meeste branches een voortgaande daling van het aantal vestigingen zien. Het aantal vestigingen van detailhandelszaken bijvoorbeeld daalde gedurende 1968 met 4.100. Van het aantal bedrijfssluitingen kwamen er ruim 2.300 ten laste van de levensmiddelensector waar onder meer dan 1.000 ondernemingen in de krui- denierswarensector. Tegenover de sombere cijfers over deze eenmanszaken staan gunstiger cijfers voor filiaalbedrijven. Het aantal verkoopplaatsen van filiaalbedrijven nam met 250 toe. Ook voor een klein aantal bran ches buiten de levensmiddelensector ziet het beeld er minder pessimistisch uit. Uitbreiding vond zo wel in 1967 als in 1968 vooral plaats bij bloemen en planten, alcoholische dranken, huishoudelijke artikelen, meubelen, radio en televisie. De andere bedrijven buiten de levensmiddelensector hadden het eveneens zwaar te verduren. Met name het aantal vestigingsplaatsen van de rijwielhandel, ta baksartikelen en textielwaren ging vergeleken met 1967 in versterkte mate achteruit. Deze ver mindering van het aantal vestigingen betekent overigens een omzetvergroting voor de overge bleven bedrijven. VERANDERDE VERBRUIKSGEWOONTEN De teruggang in eerder vermelde sectoren heeft tal van redenen, waarvan er in dit korte bestek slechts enkele zijn aan te geven. Allereerst hebben wij te maken met wijziging in het bestedingspa troon, waardoor het aantal aanbieders van be paalde goederen en diensten relatief groot is vergeleken bij de vraag. Deze vraag groeit in feite te langzaam om voor het bestaande bedrijf in zijn oorspronkelijke vorm omzetvergroting te bereiken. Bij een toenemende welvaart treedt al spoedig een verzadiging op in de behoefte aan primaire voedingsstoffen. Deze behoefte groeit slechts lang zaam verder. Er ontstaat vraag naar een meer ge varieerd levensmiddelenpakket, waarbij het aantal calorieën een minder belangrijke rol speelt. Men gaat relatief meer besteden aan volgens de oude opvattingen minder noodzakelijke zaken. Het ac cent in het bestedingspatroon verschuift geleide lijk. Bezien wij het voedselpakket dan zijn groenten, fruit en vlees een veel grotere rol gaan spelen, zetmeelhoudende artikelen als aardappelen, rijst en peulvruchten werden daarentegen steeds min der belangrijk. In de drankensector is het theever-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 33