HET R Al FFEIS EN-ONTWIKKELINGSWERK
De „Stichting 150 jaar Raiff eisenbesloot vorig jaar het coöperatieve spaar- en kredietwezen in de
landen Ghana en Uganda te helpen bevorderen door het beschikbaar stellen van middelen voor de aanstelling
van inheemse deskundigen-adviseurs (fieldmen). In de^e landen was door de ontwikkelingsajdeling van de
Credit Unions-organisatie in Amerika reeds een begin gemaakt met de vorming van eenvoudige spaar
en kredietcoöperatiesBij de%e organisatie zad> men weldra dat in de jonge Afrikaanse landen op dit
terrein een grote taak op uitvoering wachtte. Eigen spaar- en kredietcoöperatie bevorderen in hoge mate
de zelfontplooiing en het verantwoordelijkheidsbesef van de betrokkenen.
Als middel ter verhoging van de levensstandaard moet hieraan grote betekenis worden gehecht. De oude
idee van Rai ff eisen om door samenwerking de levensomstandigheden te verbeteren, bracht men in praktjk
door de oprichting van credit unions. Dit zjn coöperaties voor onderlinge kredietverlening. De middelen
worden verkregen door het aantrekken van spaargelden van de leden.
IN GHANA
Een credit union vertoont grote overeenkomst
met onze coöperatieve banken. Een verschil is
echter, dat de credit union een meer besloten ka
rakter heeft. Alleen leden kunnen sparen en moe
ten ook vaak eerst sparen om voor een krediet in
aanmerking te komen. Het beheer is geheel in
handen van een door de leden gekozen bestuur.
De plaatselijke credit unions hebben zich in elk
land waar zij gevestigd zijn, verenigd in een lande
lijke organisatie, een toporganisatie, welke bijstand
verleent op velerlei gebied. Vergelijk onze Cen
trale Bank.
De credit unions-organisatie in Amerika heeft
reeds een aantal jaren een hulpprogramma in uit
voering voor de stichting en ondersteuning van
onderlinge spaar- en kredietverenigingen in ont
wikkelingslanden.
Dit hulpprogramma wordt uitgevoerd in samen
werking met andere instellingen en organisaties,
waaronder in het bijzonder de Catholic Relief
Services in de Verenigde Staten moet worden
genoemd. De omvang van het ontwikkelingswerk
heeft een enorme vlucht genomen, zowel in Zuid-
Amerika als in Afrika. Ook Europese Raiffeisen-
organisaties zijn nu bij het werk betrokken.
Nadat door onze „Stichting 150 jaar Raiffeisen"
medewerking was toegezegd, zijn ook de organi
saties in Oostenrijk en Zwitserland gevolgd. De
verwachting bestaat, dat het hierbij niet zal blijven.
Wat is er nu sedert vorig jaar gebeurd met de
middelen welke de „Stichting 150 jaar Raiffeisen"
ter beschikking heeft gesteld?
Helaas moeten wij vaststellen dat de plannen
voor Uganda tot nu toe niet konden worden uitge
voerd. De moeilijkheid is hier, dat de regering van
Uganda een eigen landbouwkredietsysteem tot
432