KORTE UITLEG functie niet in één persoon worden gecombi neerd. In principe moet geen procuratie worden ver leend aan personen belast met de registratie en de controle en zo mogelijk ook niet aan degene die de bewaarfunctie vervult. Ook binnen de vijf genoemde functies kunnen controletechnische-functiescheidingen worden gemaakt. Hierbij wordt b.v. een splitsing ge maakt tussen de verschillende fasen van uit voering van eenzelfde transactie waarbij iede re functionaris tevens het werk van zijn voor ganger controleert. Het is niet noodzakelijk bij de functies te denken aan afzonderlijke personen, mits de in houd van de individuele functie maar zodanig is vastgesteld, dat ten aanzien van een bepaalde j bedrijfsactiviteit geen onverenigbare functies worden vervuld. Een en ander is duidelijk te de monstreren aan de controlefunctie. De rege ling hierbij kan zodanig zijn dat de te verrich ten controles door diverse personen naast hun andere werkzaamheden worden verricht, zij het dat de controlefuncties niet op hetzelfde ter rein mogen liggen als hun andere werkzaam heden c.q. daar niet mee in strijd mogen zijn. In hoeverre bepaalde functiecombinaties toch eventueel acceptabel zijn, is uiteraard mede af hankelijk van de overige beveiligingen. Uit het vorenstaande blijkt overduidelijk het be lang van een duidelijke afbakening van de respec tievelijke bevoegdheden. Hierdoor wordt voor komen, dat de interne organisatie effectloos wordt, doordat de bevoegdheden worden overschreden. Bij vakanties en andere perioden van afwezig heid van een bepaalde functionaris zal men zich goed dienen te realiseren wie met de vervanging wordt belast. Wordt de „verkeerde" persoon ge kozen dan zal hierdoor de controletechnische-func- tiescheiding worden uitgeschakeld. Ook de direc teur zelf zal er voor dienen te waken dat hij niet de eigen organisatie ondermijnt door om de diverse toegekende bevoegdheden heen te lopen. Hier door immers wordt tenminste voor het personeel de uitoefening van de toegekende bevoegdheden verzwaard. BEOORDELING VAN AANDELEN Het beleggen in aandelen is sinds enkele jaren een activiteit geworden, die over een veel bredere kring verspreiding heeft gekregen. Door middel van voorlichting en reclame wordt de aspirant belegger op de voordelen van aandelenbelegging gewezen. Wanneer deze vorm van belegging wordt ge kozen, ontstaat het probleem van de beoordeling van de diverse aandelen. Dit kan in zekere zin worden opgelost door gebruik te maken van drie begrippen die veelvuldig worden gehanteerd, na melijk de netto winst, de cash flow en het dividend per aandeel. Deze drie begrippen hangen ten nauwste met elkaar samen, aangezien de door de onderneming behaalde netto-winst het basisgegeven vormt bij de berekening van de zoéven genoemde begrippen. Wanneer we over de netto-winst spreken, dan bedoelen we hiermee het bedrag dat de aandeel houders ter beschikking staat. Dit wil niet zeggen dat dit bedrag in zijn totaliteit aan de aandeelhou ders zal worden uitgekeerd. Normaliter wordt 355

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 45