coöperaties een zo groot aandeel in de totale pro-
duktie en omzet van de agrarische industrie en
handel hebben gekregen.
Met de mededeling, dat de Raiffeisenorganisatie
einde 1968 voor één miljard en honderdveertig
miljoen gulden aan kredieten en voorschotten aan
coöperaties had uitstaan, werd deze uiteenzetting
besloten.
Dat deze voorlichting door de landbouwattaché's
op prijs werd gesteld, bleek uit een reeks van vra
gen, welke vervolgens op voorzitter en directie
werd afgevuurd. Een uitgebreide discussie, die ook
voor de gastheren waardevolle informaties oplever
de, was er het gevolg van. Deze discussie werd nog
geruime tijd voortgezet aan een gemeenschappe
lijke maaltijd, welke een waardig slot vormde van
de instructieve „public relations"-dag.
Na een welkomstwoord door de heer Verhage,
werd - afgewisseld met een goed vaderlands kopje
koffie - door ieder van de directeuren een korte
inleiding gehouden.
325