Discussie, ja of nee De trouwe lezer van deze rubriek verwacht niet anders dan van de hand van J.R.H. een beschouwing te zullen aantref fen over de discussies tijdens de Algemene Vergadering. J. R. H. echter moet noodgedwongen enige tijd rust houden. Dit stelt (ook) de redactie teleur. De discussies genoten kennelijk grote belangstelling. Het was wel wat jammer, dat niet iedere vra gensteller even duidelijk in de microfoon sprak. Ook de geluids installatie zelf had trouwens zo nu en dan zijn eigenaardigheden. Al doende leert men echter en bij een volgende gelegenheid valt dit alles wel te verhelpen. Dat er thans in de zaal verplaatsbare micro foons waren, vergemakkelijkte in ieder geval de gedachtenwisseling bijzonder. Toch is het niet die flits geworden, waarover in het jongste maart nummer werd geschreven. Het bleef bij soms krachtige vonken, welke tussen zaal en groene tafel heen en weer schoten. Op zich betekent dat al, dat de proef grote waarde heeft gehad. Het ging er soms warm toe en niet alleen omdat het traditiege trouw snikheet was. Maar toch, waar bleef die flits? Toegegeven, een eerste keer op dergelijke wijze slaagt nooit voor honderd procent. De bezoeker uit het maartnummer haalde herinne ringen op aan vroeger jaren, toen fel werd gediscussieerd. In de Al gemene Vergadering zijn we dat verleerd. In andere samenkomsten niet, gelukkig niet. Is de Algemene Vergadering niet de geschikte gelegenheid om vra gen te stellen, zoals al iemand heeft gezegd? Dat zou dan in de ringvergaderingen moeten gebeu ren. Ja, misschien wel. Daartegen over staat echter, dat bijna alleen in de Algemene Vergadering recht streeks contact kan plaatsvinden tussen besturen van de Centrale Bank en van de plaatselijke ban ken. Ook wordt voor de buiten staander dan nog eens duidelijk, dat het kenmerkende van onze or ganisatie juist de medezeggenschap van de plaatselijke banken is. Medezeggenschap is in onze orga nisatie al zo oud als de organi satie zelf. Elders zijn ze die nog aan het „uitvinden" Lag het in de aard van de vragen misschien of in de wijze waarop deze vragen werden gesteld? Het is niet altijd eenvoudig een moei lijk probleem kort samen te vat ten of een vraag te stellen welke alle aanwezigen interesseert. Maar toch, vragen over de vennoot schapsbelasting, de verhouding Utrecht-Eindhoven, de Grond bank, en ga zo door, hebben toch de belangstelling van allen. Het is alles niet zomaar met ja of nee te beantwoorden. Wel is overduidelijk gebleken, dat de dis cussie te veel tijd in beslag nam. De vraag is, in hoeverre dit ver loren tijd is geweest. De andere programmapunten waren al tot een minimum ingeperkt. Laten de plaatselijke banken de Centrale Bank richting geven, bij voorbeeld door in grote getale de ruimte van de rubriek Man en Paard te bezetten. Dan kan bezien worden of dit vragenuurtje tot de tradities van de Algemene Verga dering moet gaan behoren, al of niet in gewijzigde vorm. Nog om een andere reden kan men zich afvragen en dus ter discussie stellen of de Algemene Vergadering wel op het punt van het vragen uurtje heeft voldaan. Er was een groot verloop, vooral ook tijdens de discussie met de inleider in de middagvergadering. De inleider heeft zich daardoor geenszins la ten ontmoedigen; integendeel, hoe later het uur, hoe flitsender zijn antwoorden. Dat komt overigens wel meer voor! Terzake. Moet men uit dit ver loop concluderen, dat de discussie niet voldeed? Hiermee in strijd is dan toch wel, dat er veel meer vragen werden gesteld, dan bij de planning enige maanden geleden was verwacht. Daardoor juist werd de tijdsduur aanzienlijk overschre den. Men zou misschien kunnen zeggen, dat dit de reden van het verloop was. Begon wellicht de honger te knagen? Voor hen, die in alle vroegte uit hun woon plaatsen zijn vertrokken, valt het naar ons gevoel beslist niet mee een discussie, hoe interessant mis schien ook, te volgen als lunch- visioenen hun parten spelen. Mo gelijk gemaakte afspraken na een middagvergadering, welke gewoon lijk op een bepaald tijdstip ein digt, moeten worden nagekomen. Een man een man, een woord een woord, maar een man noemt ook Man en Paard. Ongetwijfeld is er ook op deze Algemene Vergadering een bezoe ker geweest, die zijn mening over de gang van zaken wenst te uiten, hetzij in de vorm van een ingezon den stuk, hetzij op andere wijze. Misschien kan de vonkenregen van de Algemene Vergadering dan als nog tot een flitsend vuurwerk wor den gebracht. 26 2

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 8