Spaarresultaten bij de verschillende spaarinstellingen 1968 Bedragen x f 1 miljoen April Spaarverschil Spaartegoed 30 april Inlagen Terug betalingen april me jan. t/m april Bedrag Raiffeisenorganisatie 264 227 238 231 26 4 -L 68 63 201 72 7.085 6.170 24,4 23,8 Boerenleenbankorg. 214 194 193 178 21 16 40 33 156 109 4.631 4.087 15,9 15,8 Rijkspostspaarbank 123 128 133 127 10 1 8 32 60 125 5306 4.965 18,3 19,2 Alg. Spaarbanken 535 431 505 416 30 15 65 74 212 147 7.123 6.501 24,5 25,1 Handelsbanken e.o. 287 236 58 51 142 266 240 4.893 4.166 16,9 16,1 Totaal 1.267 1.188 125 79 344 895 693 29 038 25 889 100,0 100,0 In april werden met uitzondering van de Rijkspostspaarbank hogere spaarverschillen geboekt dan in 1968. De voorlopige spaarresultaten in mei hebben bij de georganiseerde Raiffeisenbanken en Boerenleenbanken die van vorig jaar overtroffen. Bij de Rijkspostspaarbank en de algemene spaarbanken bleven de besparingen ten achter bij 1968. Algemene vergadering 1969. Een gedeelte van de bestuurstafel. 2°3

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 29