organisatie en efficiency werk dat men doet ook zo goed mogelijk te doen en de in eerste instantie gemaakte fouten er uit te halen. Men controleert wat men heeft gedaan. Speciale organisatorische maatregelen zijn in het kader van de zelfcontrole niet vereist. Men zal tegenover betrokkenen (en zichzelf) moeten be klemtonen dat het noodzakelijk is, dat zo accuraat mogelijk wordt gewerkt. Door iedere medewerker zal dienen te worden gestreefd naar het afleveren van een schone „input". INTERNE CONTROLE Interne controle is de controle welke wordt uit geoefend ten behoeve van de leiding van het be drijf. Zoals reeds in een eerder artikel werd opge merkt, brengt het opleggen van verplichtingen hetzij door delegatie van bepaalde taken, hetzij door het belasten van anderen met de uitvoering van bepaalde werkzaamheden mede, dat men controle moet uitoefenen. De leiding draagt de uiteindelijke verantwoordelijkheid. Deze interne controle geschiedt ten behoeve van de leiding van het bedrijf. De leiding wil zo danig geïnformeerd worden, dat de uiteindelijke verantwoordelijkheid kan worden gedragen. Is een goede interne controle aanwezig en is deze gebaseerd op een goede functiescheiding, dan heeft de leiding een grote mate van zekerheid, dat de „zaak rond zit". De controle is intern, d.w.z. dat deze geschiedt door niet los van het bedrijf staande functionaris sen. Het is niet noodzakelijk, dat één bepaalde functionaris met deze controlewerkzaamheden wordt belast. Een spreiding van de werkzaam heden over verschillende personen, die daarnaast belast zijn met andere werkzaamheden, is zeer wel mogelijk en in de meeste gevallen aan te bevelen. In ieder geval moet echter worden gewaarborgd dat een sluitend systeem van interne controle functioneert. Hier zijn dus wel speciale organisa torische maatregelen vereist. EXTERNE CONTROLE Bij externe controle is er sprake van een con trole die verricht wordt door buiten het bedrijf staande personen, mede ten behoeve van anderen dan degenen, die belast zijn met de leiding van het betrokken bedrijf (het maatschappelijk verkeer). Doordat deze controle verricht wordt door vak kundige, los van het bedrijf staande controleurs, mag er op worden vertrouwd, dat de controle dus danig geschiedt, dat een betrouwbaar beeld wordt verkregen. De externe controle heeft derhalve een geheel eigen verantwoordelijkheid en zal autonoom moe ten vaststellen, welke controles moeten worden verricht ter verkrijging van het eigen, onafhanke lijke oordeel over de positie van het bedrijf. DE VERHOUDING TUSSEN INTERNE EN EXTERNE CONTROLE Uit het vorenstaande volgt, dat de externe con trole nimmer kan worden vervangen door de in terne controle. De doelstelling ervan is ruimer dan die van de interne controle. Deze laatste geschiedt niet door los van het bedrijf staande personen, waardoor de volledige onafhankelijkheid van het oordeel ten aanzien van derden niet tot gelding kan worden gebracht. Wel zou men kunnen stellen, dat de interne controle zou kunnen worden ver vangen door de externe controle. De wijdere doel stelling van deze laatste dekt uiteraard ook de meer beperkte doelstelling van de interne con trole. Hiervan moet echter uit het oogpunt van doelmatigheid worden afgezien. Het zou een mis kenning zijn van het kostenaspect, dat aan de controle is verbonden. De beantwoording van de vraag in hoeverre de externe controle gebruik kan maken van de resul taten van de interne controle, is uiteraard afhan kelijk van de inhoud die aan de eigen verantwoor delijkheid in een bepaald geval moet worden ge geven. Als regel zal wel kunnen gelden, dat in het algemeen de resultaten van de interne controle meer steun zullen kunnen geven aan de externe controle naarmate de eerste beter is georganiseerd en de functiescheiding beter is verwezenlijkt. 248

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 46