OP SERVICE KOMT HET AAN
Dat er hier en daar aan de service, welke men bij
de banken ontvangt, nog wel het een en ander
mankeert, moge blijken uit onderstaande publikatie
welke wij lazen in Het Algemeen Dagblad van
10 april jl. Storen voor wat service"
„storen voor wat service"
Ik zal het wel fout hebben getroffen. Er zullen
wel tienduizenden banken zijn waar je geweldige
service krijgt en waar iedereen direct klaar
staat
Niettemin blijkt er zonneklaar uit, dat het op de
service aankomt en dat de verwachtingen van het
publiek ten aanzien van de service die men van
een bank ontvangt, hoog gestemd zijn.
Natuurlijk weten wij dat als bankmensen allang
en streven wij er naar een optimale service aan
onze cliënten te bieden. Enkele banken die op dit
punt achterlopen, doen echter afbreuk aan wat
anderen gezamenlijk pogen te verwezenlijken. De
goeden moeten dan onder de kwaden lijden en
dat is altijd een pijnlijke zaak.
Wat doet meneer? Wel, meneer toont zijn betaal-
pas en meneer betaalt met een betaalcheque. En
meneer laat zijn salaris via de bank lopen en
meneer spaart via de bank. En af en toe dan denkt
meneer: Gelukkig dat ik mijn girorekening ook nog
heb.
Tot dat soort gedachten kom ik wanneer ik in
een bankgebouw voor de balie sta. Toevallig drie
keer in een week en toevallig in drie verschillende
bankgebouwen.
acht
In een bureaula vind ik nog zoiets van vijf dollar.
Even wisselen, denk je dan en bij de eerste bank,
die binnen het gezichtsveld valt, stap je naar
binnen.
Acht meneren zitten achter acht bureaus. De
oudste zal goed vijftig zijn, de jongste bijna twin
tig. Ze hebben het allemaal druk met schrijven en
met staten. Twee doen iets met een rekenmachine
en een juffrouw brengt koffie rond.
„kom zo"
Na vier minuten tik ik zachtjes met de vinger
op de balie en zeg: „Zou een van de heren me
misschien kunnen helpen?"
Geschrokken kijken ze alle acht op. Eerst in
mijn richting, dan naar elkaar. Grote vraagtekens
verschijnen in hun ogen en zonder woorden tasten
ze met de blik elkaar af wie die man daar bij de
balie zal gaan „servicen".
Dat duurt goed anderhalve minuut en als dan
zeven mannen weer over het werk gebogen zitten,
zegt de achtste: „Ik kom zo bij u".
valuta
Werkelijk, hij komt, neemt de vijf dollar in ont
vangst, haalt er een lijst met dagkoersen bij, vult
een gekleurde bon met doorslag in, neemt de
vreemde valuta mee, gaat naar de vreemde-valuta-
kas, legt daar alles in een houten postbakje en
gaat andermaal aan zijn lessenaar zitten schrijven.
De kassier is intussen druk bezig met het tellen
van naar schatting driehonderd briefjes van tien.
Telkens maakt hij de van een gummidop voor
ziene vinger nat op een kussentje en bij elke
zoveel tientjes draait hij een bruin bandje om het
geld.
met doorslag
Als na drie minuten de telling is afgelopen,
225