r; I'.
M»
w-j- -
li!
i i 7 .f y'L 0~~ 1
^m-r'L »V >-> ft LLr >"-:v
Ifc-f!-"
jfr j 7 K
1 i v' - 4 -/ i U r"fr.
•n j/ "V-k*-$A '"1 j..
-■ 1 >ÏÉ- I ftX 'I J -xfi J f '1 1»
- 1
Dezelfde situatie die telkens op een andere plaats
zich voordoet; de open ruimte welke ten offer valt
aan de opmars der stedelijke bebouwing.
landbouwcommentaar
Wij menen, dat uit een agrarisch oogpunt deze
drastische werkwijze verre de voorkeur verdient
boven het handhaven van de oorspronkelijke agra
rische eigendom maar dan met een hele reeks be
perkende bepalingen op het grondgebruik. Een
voorbeeld hiervan is het gebied van de Drenthse
Aa. Een modern landbouwbedrijf is onmogelijk als
de verkaveling en de waterbeheersing niet worden
verbeterd en er allerlei beperkingen aan het ge
bruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen zijn
verbonden.
NIEUWE BEHEERSVORMEN
Overigens is het niet ondenkbaar, dat in de toe
komst in landschappelijk en recreatief waardevolle
gebieden nieuwe beheersvormen van de grond
gewenst zullen zijn, met behoud van een traditio
neel agrarische inslag. Het is een bekend feit, dat
vele Westeuropese cultuurlandschappen hun aan
trekkelijkheid voor een groot deel danken aan het
bestaan van oude dorpjes, fraaie boerderijen en
het vee in de weiden. Bewuste handhaving van
dergelijke landschappen tégen de technische voor
uitgang in betekent het scheppen van openlucht
musea, waar de boer optreedt als parkwachter.
Zulke agrariërs zouden het beste een vast salaris
van de staat kunnen ontvangen. Zij vervullen im
mers een publieke functie, te vergelijken met bij
voorbeeld de slotbewaarder van kasteel Loeve-
stein. De wet op de natuurbescherming maakt in
zulke gevallen zgn. beheersovereenkomsten moge
lijk.
AREAAL LANDBOUWGROND EN EEG
Een plan als dat voor Midden-Delfland betekent
een verkleining van het areaal landbouwgrond. Dit
is aanvaardbaar als nationaal-planologische be
langen zulks noodzakelijk maken en als er behoor
lijke vergoedingen worden vastgesteld. Het is
echter onjuist om vanuit planologische en recratie-
motieven kwistig met landbouwgrond om te sprin
gen „omdat er toch melk en suiker teveel is".
Zolang er een EEG-landbouwbeleid bestaat
vormen de landbouwoverschotten een EEG-pro-
bleem, dat op het niveau van de Gemeenschap
behoort te worden opgelost. Een deel van die op
lossing zal zonder twijfel bestaan zoals wij
vorige maand reeds betoogden uit een vermin
dering van het areaal landbouwgrond. Dat zal dan
212