UIT ONZE HISTORIE (9)
Na, in verband met de prehistorie van de Coöp.
Centrale Raiffeisen-Bank, in het kort de vroegste
geschiedenis van de banken Giesbeek en Didam
te hebben gereleveerd, neemt Terugblikker thans
de banken te Netterden en Uithoorn onder de loep,
in de hoop de meergenoemde „missing link" te
vinden.
Van de heer Heister, de directeur van NETTER
DEN (de bank die is gevestigd achter de Montfer-
land, vlak bij de Duitse grens), kregen wij het
herdenkingsboekje in handen dat werd samen
gesteld bij het 50-jarig bestaan van deze bank in
1948.
Een dorpsgenoot vertrouwde ons tijdelijk de
oudste notulen van de „Boerenbond" afdeling
Netterden toe.
Ook Netterden is uit de nood der tijden geboren.
Het beleggen van gelden was vrij gemakkelijk,
óók in de beruchte crisisjaren van de 19e eeuw.
Het oppotten „in de ouwe kous" kwam natuurlijk
zeer veelvuldig voor, maar men ging toch ook naar
het naburige Emmerich en aldaar o.a. naar de
„Jozefkasse". Emmerich was toentertijd de han
delsplaats waar ook onze grensbevolking haar
commercie bedreef.
Helaas werden enkele belangrijke faillissemen
ten uitgesproken van in Emmerich gevestigde in
stellingen welke tot in verre omtrek een welhaast
rampzalige invloed uitoefenden. De enige solide
beleggingsmogelijkheid welke nog open bleef was
bij de Stadtische Sparkasse.
Krediet was echter van over de grens niet te
krijgen en juist daaraan bestond grote behoefte.
Gelukkig bestond in Netterden reeds een afdeling
van de Boerenbond en op 4 november 1897 is
„bij G. Meyer" een vergadering gehouden tot het
oprichten van een Raiffeisenkas en
„met dertig onderteekende Leeden de Heer Jacob
Wessels belast en Wessels heeft aangenomen met
het in orde brengen van een Notarieele Acte en
het stellen van Reglement van de Oprichting en
aansluiting eener Coöperatieve Boerenleenbank."
Op 17 januari 1898 was de oprichtingsakte ge
reed en Netterden was hiermede de vierde plaats
in ons land waar een boerenleenbank tot stand
kwam, zoals in het gedenkboekje staat opgete
kend.
Voorzitter was de heer J. J. Wessels. Pastoor
Th. Goris werd de eerste voorzitter van de raad
van toezicht.
Het herdenkingsboekje deelt verder mede:
„Na veel inspanning en moeite werd te Utrecht de
12e juni van hetzelfde jaar de Centrale Bank ge
sticht, waar onze Bank als lid werd ingeschreven."
Het is heel erg jammer dat niet tevens werd
medegedeeld wie zich die vele inspanning en
moeite hebben getroost en waaruit die inspanning
bestond.
Opmerkelijk is echter wel de zinsnede uit de
notulen van de algemene vergadering van de
afdeling van de Boerenbond, gehouden op 31 juli
1898, welke luidt:
„De voorzitter, die als gevolmachtigd afgevaar
digde de vergadering der Vereeniging van Coöpe
ratieve Boerenleenbanken, gehouden op Woens
dag 27 Juli jl. had bijgewoond bracht verslag uit
o.a
hoe de Nederlandsche Bank bij de gevoerde on
derhandelingen zich zeer welwillend jegens de
Centrale had getoond, doch verlangde dat zij zich
nationaal zou maken door ook andere, dan bij den
Nederlandschen Boerenbond aangesloten, Raif-
feisenkassen als leden aan te nemen. Aldus was
besloten op genoemde vergadering."
Maar ook hier werd met geen letter gerept over
de convocatie tot deze vergadering. Het is dus
nog altijd niet duidelijk geworden op welke wijze
190