streekplan n.w. Overijssel vergt de uitrusting der dorpen veel voorzieningen voor de verzorging. Naar verwachting zal de ver- keersgeografische positie van het gebied over ongeveer 5 jaar aanzienlijk zijn verbeterd door de thans in aanbouw zijnde brug bij de Zwolse Hoek met de doorverbinding naar Lelystad-Amsterdam. Men dient zich echter te behoeden voor een te groot optimisme wat betreft de toekomstige eco nomische ontwikkeling van het gebied. De recrea tie zal nog aan betekenis winnen, mede door de reeds tot stand gekomen randmeren langs de IJsselmeerpolders. Recreatie is geen grote bron van werkgelegenheid, hoewel kwaliteitsverbete ringen in de dienstensector en niet in de laatste plaats inkomstenverbeteringen aanzienlijk kunnen zijn. Blijft derhalve voornamelijk over de industria lisatie. Een krachtige industrialisatie binnen het streekplangebied zelf is niet te verwachten. De streekplankaart geeft terreinen voor nijverheid en handel aan in Steenwijk en Emmeloord (elk 45 ha industrieterrein). In Urk is plaats voor bedrijven welke verband houden met de visserij en de scheepvaart. De bevolking in het streekplangebied zal tevens via de pendel werkgelegenheid kunnen vinden in Kampen, Zwolle, Meppel en Heerenveen. Het inwonertal van het gebied omstreeks 1985 zal rond 105.000 personen zijn (oude land 49.000, nieuwe land 44.000 en Urk 12.000). Enkele woonkernen zijn aangegeven waar nieuw bouw van zogenaamde tweede woningen kan wor den toegestaan, te weten Giethoorn, Wanneper- veen, Zwartsluis, Vollenhove, Blokzijl, Scheer- wolde en Kuinre. ONTWIKKELING IN DE TOEKOMST Het inwonertal van de dorpen in de Noordoost polder loopt sinds 1964 terug, behalve in het grootste dorp Marknesse. Dit zal zich in de toe komst kunnen blijven voordoen, tenzij deze dorpen een functie kunnen krijgen als woonplaats voor elders werkenden. Dit zal slechts in beperkte mate het geval kunnen zijn. Wat de verzorgende functie van de dorpen t.a.v. de middenstand betreft, kan worden geconstateerd dat het winkelapparaat in de dorpen grote concurrentie ondervindt van Em meloord. Alle 10 dorpen in de Noordoostpolder zijn te klein om als zelfstandige eenheden te kun nen functioneren. Marknesse en Ens zijn nog het meest geslaagd in de functie welke hen bij de Genemuiden is sedert vele jaren een centrum van de cocosmattenindustrie. planning is toegedacht. Op vele plaatsen van het streekplangebied is geen of nauwelijks bevolkings groei te verwachten. Sinds 1954 is het aantal in woners van vele plaatsen in het streekplangebied afgenomen. Van een duidelijke bevolkingstoene ming is sprake in Urk, Emmeloord en Steenwijk. Urk zal (qua ligging) geen streekcentrum kunnen worden; Emmeloord en Steenwijk zullen het zeker kunnen blijven. Het lijkt aan te bevelen, dat de in het streek plangebied gevestigde banken van het streekplan kennis nemen om vast te stellen wat de gevolgen voor hen zullen zijn, opdat tijdig voorzieningen kunnen worden getroffen. 173

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 19