KORTE UITLEG INSCHRIJVING VOLGENS HET TENDERSYSTEEM De Staat is er sinds enkele jaren toe overge gaan, naast de bestaande inschrijvingstechnieken bij openbare staatsleningen, een geheel ander systeem toe te passen en wel inschrijving volgens het tendersysteem. De bedoeling van deze wijziging is moeilijk heden te voorkomen welke zich bij een vrije open bare emissie kunnen voordoen wanneer althans het totaal van de inschrijvingen het beschikbare bedrag overtreft. Deze overtekening kan zeer grote vormen aannemen wanneer het gaat om leningen met aantrekkelijke voorwaarden. De ge gadigden majoreren dan hun inschrijvingen, d.w.z. zij schrijven uit angst voor een te geringe toewij zing meer in dan zij aan stukken willen behouden. Daarnaast is er nog een categorie welke meer in schrijft dan ze nodig heeft, maar die denkt dit meerdere met winst te kunnen verkopen (de zoge naamde premiejagers). Vandaar dat men naar middelen heeft gezocht om dit majoreren tegen te gaan. Een oplossing hiervoor werd gevonden in het openstellen van emissies tegen een minimumkoers waartegen kan worden ingeschreven. De koers van uitgifte zal na de sluiting van de inschrijving zo spoedig mogelijk door de minister van Financiën worden vastgesteld aan de hand van de inschrijvingen. De inschrijvers die tegen een hogere koers hebben ingeschreven dan die welke door de minister is vastgesteld, krijgen hun inschrijving volledig toegewezen. De afrekening van deze stukken vindt dan enige tijd later ook plaats tegen de vastgestelde lagere koers en niet tegen de koers waarop door hen is ingeschreven. De rest van de lening zal worden toegewezen aan de inschrijvers die tegen een koers hebben ingeschreven welke gelijk is aan de koers van uitgifte, die door de minister is vastgesteld. Indien het totaal van het door hen ingeschreven bedrag het nog beschikbare bedrag van de lening over treft, zal op deze inschrijvingen een procentuele toewijzing plaatsvinden. Zij die lager dan de vast gestelde koers hebben ingeschreven, krijgen niets toegewezen. Het bepalen van een juiste koers van inschrij ving vereist echter een grondige kennis van de marktpositie in het algemeen en van de desbe treffende lening in het bijzonder, een kennis welke slechts weinigen bezitten. Dit moet dan ook als een bezwaar worden gezien dat aan dit systeem is verbonden. De minister heeft tot nu toe vier maal voor dit tendersysteem gekozen. In 1967 gaf hij, evenals in het afgelopen jaar, tweemaal op deze wijze een lening uit. De laatste lening volgens dit systeem vond plaats in december van het vorig jaar. Hierbij werd de minimum inschrijvingskoers vastgesteld op 99 en kon in geen kleinere fracties dan in ach- sten van procenten worden ingeschreven. Men had hierbij dus de keuze om in te schrijven tegen een koers van 99, 99'/8. 99% enz. De inschrijvingen maakten het de minister niet mogelijk een hogere uitgiftekoers vast te stellen dan de minimumprijs van 99 terwijl ook het leningsbedrag op het laagste niveau werd bepaald. Het succes van de overige drie leningen is ook niet erg overtuigend geweest. Misschien dat onwetendheid en het niet gewend zijn aan de werking van dit systeem mede een niet onbelangrijke rol hebben gespeeld. 123

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 21