1968 - rapport met goede cijfers en een waarschuwing Juist vóór de kerstdagen van het vorige jaar heeft de Nederlandsche Bank een tweetal opvallende maatregelen genomen. Eerst een verhoging van het officiële disconto en kort daarop een wederinvoering van de kredietbeperkende maatregelen. Beide maatregelen zijn bekende begeleidingsverschijnselen van de golfbeweging, die het economische leven pleegt te kenmerken. Zij worden gewoonlijk gebruikt wanneer zoals rond de jongste jaarwisseling het geval was de economie naar de top van de golf op weg lijkt en op de duur over die top heen omlaag zou dreigen te storten. De Nederlandsche Bank wijst daarom in haar toelichting bij de krediet- beperkende maatregelen op het gevaar van een hernieuwd optreden van conjuncturele spanningen en op de weinig bevredigende ontwikkeling van de lopende rekening van de betalingsbalans. Een waarschu wing, die op zijn plaats is in de huidige, op zichzelf gezien geenszins onbevredigende situatie van onze economie. De ontwikkeling in 1968 wijst erop, dat de recessie van 1966 grotendeels is overwonnen, maar minister Witteveen heeft er o.i. terecht voor gewaarschuwd, dat we voor de toekomst beslist niet een soortgelijke verdere opbloei mogen verwachten als we in het begin van de zestiger jaren hebben meegemaakt. Onze positie is daarvoor niet krachtig genoeg en wij zullen er de handen vol aan hebben om de ongunstige invloeden op te vangen, die van binnen en van buiten dreigen. Het jaar 1968 heeft ons, laten we dit echter niet vergeten, vele goede dingen gebracht. De economische bedrijvigheid schakelde op een hogere versnelling over. Investeringen en kredietverleningen geschiedden tot grote bedragen, waarmede gelukkig gepaard ging een verdere daling van de werkloosheid. Op het gebied van de uitvoer hebben wij onze concurrentiepositie tot nu toe kunnen handhaven; er werden met de export goede resultaten geboekt. Het zal er in 1969 om gaan de ontwikkeling in de hand te houden. Een opleven van de conjunctuur viel in 1968 inderdaad te constateren en dan is het, gezien de vele ervaringen in het verleden, geen wonder dat men thans tijdig een te ver gaande expansie een halt wil toeroepen. Met een overspannen conjunc tuur is niemand gediend en wij mogen ons gelukkig prijzen, wanneer met enig bijremmen, zoals thans gaat gebeuren, de vaart als het ware aan de veiligheid van de weg wordt aangepast. Dit is ook van groot be lang voor de werkgelegenheid. De arbeidsreserve laat thans nauwelijks ruimte voor grote expansie, maar door een verkeerd beleid zou er gemakkelijk nieuwe werkloosheid kunnen ontstaan. Wij hebben in 1968 zeer duidelijk ervaren, dat, internationaal gezien, de monetaire en economische wereld vol van onzekere en gespannen situaties zit. De goudcrisis, de devaluatie- en revaluatiegeruchten, de West-Duitse en de Franse maatregelen, zij alle lijken een erfenis aan het nieuwe jaar 1969 te hebben nagelaten. Ook voor ons land, al is onze gulden een van de sterke valuta's. Van vele problemen is de oorzaak niet weggenomen, waardoor welhaast zeker nieuwe spanningen kunnen worden verwacht. Voeg daarbij dat in deze maand in de Verenigde Staten de republikein Nixon het bewind van de democraat Johnson overneemt, dat in Parijs nog wordt onderhandeld over oorlog of vrede in Vietnam en men zal zich ervan bewust zijn, dat over 1969 moeilijk een voorspelling is te doen. Hoogstens kunnen we zeggen, dat wij gegeven de huidige situatie over de naaste toekomst van 2

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 4