Zonder twijfel %al het landbouwjaar 1969 in het teken staan van het plan-AIansholt, dat door de geestelijke vader op 10 december 1968 werd onthuld onder de naam „Landbouw 1980" Wij veronderstellen, dat de legers van de Raiffeisenbode uit andere bronnen ampel kennis hebben genomen van dit plan, dat pas op de dag voor Kerstmis officieel werd ingediend. Heel kort samengevat komt het hierop neer, dat dr. Mansholt het evenwicht op de landbouwmarkten wil herstellen - en opdoende de kosten van het landbouwbeleid binnen aanvaardbare grensden wil brengen - en de structuur van de landbouwbedrijven wil moderniseren om tot betere levensomstandigheden van de boerengezinnen én tot een rationelere produktie te komen. LANDBOUW COMMENTAAR Om dit ambitieuze plan te realiseren acht de heer Mansholt en met hem de hele Europese Commissie het nodig prijspolitieke en struc tuurpolitieke middelen te combineren. Evenwicht op de markt wil hij bereiken door met het prijsbeleid pas op de plaats te maken en zelfs enkele prijzen te verlagen, en door het afslachten van melkvee te subsidiëren. In zijn rede van 10 december zei dr. Mansholt hierover: „Hoe hard het ook moge klin ken, het dient uitgesproken te worden: zowel de prijspolitiek als de garanties zijn vastgesteld op grond van sociale, niet van economische aspecten. Dit is geen verwijt, immers het is het directe gevolg van de totaal verouderde produktiestructuren." De heer Mansholt legt dus een verband tussen de overschotten en de bedrijfsstructuur. Hij vervolgt: „De boeren zijn gedwongen tot een zeer intensieve produktie, om zich een minimuminkomen te ver schaffen. Daardoor kunnen zij zich echter niet aan de markt aanpassen. Ze moeten doorgaan met produceren om het sociaal minimum te handhaven." Deze redenering gaat uit van twee veronderstel lingen, welke in de ogen van de heer Mansholt waarschijnlijk bewezen stellingen zijn: dat grotere bedrijven goedkoper produceren en dus met lagere prijzen genoegen kunnen nemen, en dat grotere bedrijven minder intensief produceren. Rechtstreeks aansluitend aan deze stellingen wil het plan het aantal agrarische arbeidskrachten sterk verminderen, het areaal landbouwgronden belangrijk verkleinen en de overblijvende boeren stimuleren tot samenvoeging van hun bedrijven. De Commissie is er blijkbaar niet bang voor, hier voor in de komende jaren aanzienlijk grotere be dragen uit te trekken dan de voortzetting van het tot nu toe gevoerde beleid hoofdzakelijk markt en prijsbeleid zou kosten. Dr. Mansholt zal wel de laatste zijn, die ver baasd is door de stroom van reacties, vaak in de vorm van felle kritiek op zijn plannen. Hij kent zijn pappenheimers, met zijn 23 jaar landbouwpolitieke ervaring. De scherpste kritiek kwam, vanzelfspre kend zouden we bijna zeggen, uit Duitsland. Daar worden de landbouwzaken ook nu nog op een sterk emotionele wijze benaderd. Verschillende „Kreis- bauernverbandvorsitzende" stuurden aan onze Brusselse landgenoot brieven, waarin hem werd verweten op bolsjewistische landbouwbedrijven aan te sturen. De Belgische Boerenbond liet zich op 11

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1969 | | pagina 13