RUIMTEPROBLEEM III.I RE
BANK ZIJN OPLOSSING
delen, in onderling overleg, over de betrokken in
stellingen te verdelen.
De commissie spreekt haar vertrouwen uit, dat
partijen, zowel wat betreft de aanbevolen maatrege
len als de financiële consequenties, in rechtstreek
se onderhandelingen tot overeenstemming zullen
weten te komen. Tot zover het rapport.
tot slot enkele kanttekeningen onzerzijds
In de eerste plaats verheugt het ons als Raiffei-
senorganisatie, dat een zo onafhankelijke instelling
als vorengenoemd studiecentrum dit interim-rapport
het licht heeft doen zien. Met name de aandrang
van de opstellers om tot een gezamenlijk overleg
tc komen, ondersteunen wij van harte. De inbreng
van onze organisatie in de N.V. Bankgirocentrale
wijst, dunkt ons, in diezelfde richting.
De rapporteurs hebben zich op het o.i. reële
standpunt gesteld, dat er in Nederland reeds sinds
jaar en dag enkele giro-circuits werkzaam zijn. Zij
hebben zich derhalve niet beziggehouden met aller
lei beschouwingen hoe giroverkeer in een utopie
zou dienen te functioneren. Alleen betekent deze
realiteitszin wel, dat zoveel mogelijk uniformiteit
tussen de verschillende circuits dient te worden
bewerkstelligd, hetgeen in de praktijk tot ingrijpen
de b.v. administratieve wijzigingen aanleiding
kan geven. Daarom lijkt het ons voor alles gewenst,
dat, voordat over welke aanbevelingen of welke
financiële consequenties dan ook gesproken wordt,
eerst overleg over de te volgen procedure op gang
wordt gebracht.
Het verloop van de discussie over dit rapport,
welke inmiddels is begonnen, zullen wij met grote
belangstelling volgen. Niet als geïnteresseerde
buitenstaander, maar via de N.V. Bankgirocentrale
als partij.
Voortdurend dient ook bij de Centrale Bank aan
dacht te worden besteed aan het scheppen van de
nodige bedrijfsruimte voor het opvangen van de
steeds toenemende werkzaamheden.
Reeds in 1960 werd in principe besloten het hoofd
gebouw met een vleugel aan de noordzijde uit te
breiden. In afwachting van de vergunning voor de
bouw werd in november 1964 met de gemeente
lijke autoriteiten overeenstemming bereikt over een
tijdelijk huren van het vroegere gebouw van de Ge
meentelijke Volkskredietbank gelegen aan de zuid
zijde van ons bankgebouw.
Ondanks alle voorzieningen welke werden aan
gebracht om het gebouw meer leefbaarheid te ge
ven, kreeg dit onderkomen terecht spoedig de naam
van noodgebouw. Het is vooral te danken aan de
positieve instelling van het personeel, dat in de af
gelopen vier jaar de Centrale Bank toch een nuttig
gebruik van het noodgebouw heeft kunnen maken.
Als gevolg van de stedebouwkundige ontwikke
ling zal de oude Volkskredietbank binnen afzien-
591