NAAMLOZE VENNOOTSCHAPPEN EN COÖPERATIEVE VERENIGINGEN 2 v I gemeenschappelijke eigenschappen van naamloze vennootschappen en coöperatieve verenigingen Als de drie meest kenmerkende eigenschappen van de rechtspersoonlijkheid hebben wij vermeld (zie het vorige nummer): het eigendomsrecht van de rechtspersoon dat losstaat van het recht der deelgerechtigden (leden of aandeelhouders); het feit dat voor haar schulden niet de bezittingen van leden of aandeelhouders uitgewonnen kunnen worden, en dat de schulden van de leden of aan deelhouders niet op het vermogen van de rechts persoon verhaald kunnen worden. Onder het ver halen van schulden is hetzelfde te verstaan als onder uitwinning het te gelde maken van iemands vermogensbestanddelen in opdracht van een of meer van zijn schuldeisers, teneinde die schuld eiser uit de opbrengst te voldoen. Aangezien naamloze vennootschappen en coöpe ratieve verenigingen beide rechtspersonen zijn, treffen wij ook bij hen de drie genoemde eigen schappen aan. Coöperatieve verenigingen en naam loze vennootschappen hebben trouwens nog meer met elkaar gemeen: zij dienen namelijk beide voor de uitoefening van een bedrijf. Een andere ge meenschappelijke eigenschap ontwaart men bij de positie van degenen die deelgerechtigd zijn in het vermogen; bij de N.V. de aandeelhouders, bij de coöperatieve vereniging de leden. Aandeelhouders en leden hebben zeggenschap in de naamloze ven nootschap, respectievelijk de coöperatieve ver eniging; zij hebben het rocht de algemene vergade ring te bezoeken en aldaar stem uit te brengen. De bevoegdheden van de algemene vergadering van aandeelhouders der naamloze vennootschap vertonen veel overeenkomst met die van de leden van een coöperatieve vereniging. Aan de algemene vergadering is het recht toegekend de bestuurs leden (die bij de naamloze vennootschap directeu ren worden genoemd) te benoemen en te ontslaan, te beslissen over de jaarstukken, over besluiten tot statutenwijziging en tot ontbinding. risicodragend kapitaal Zelfs is er nog een zekere mate van overeen stemming in de wijze waarop bij naamloze vennoot schappen en bij coöperatieve verenigingen door door prof. mr. P. A. Stein aandeelhouders, resp. leden risicodragend kapitaal ter beschikking van de rechtspersoon wordt ge steld. Wie deelneemt in een naamloze vennoot schap, moet een aandeel nemen. Elk aandeel luidt op een nominaal bedrag, d.w.z. op een bepaalde geldsom, en de aandeelhouder is verplicht dit be drag te storten, hetzij terstond bij zijn deelneming, hetzij later. Dit geld is risicodragend. Daarmee be- 553

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1968 | | pagina 43