aan alles gedacht. Redelijkerwijs gesproken kan er niets meer mis gaan. De organisatie is perfect. Des te spijtiger is het dan als er, geheel buiten de schuld van de bank, toch nog iets misgaat. Als er toch nog iets voorvalt waardoor de hele pre sentatie naar beneden wordt gehaald. En dat dit nota bene wordt veroorzaakt door een van de gas ten! We doelen hierop het feit, dat in bepaalde ge vallen gasten die tijdens de officiële bijeenkomst het woord voeren, zich ten opzichte van de gast heren minder elegant gedragen. Zij spreken in een bijeenkomst van een raffeisenbank en hebben het herhaaldelijk over de boerenleenbank. Zij bieden het bestuur van de boerenleenbank hun geluk wensen aan, zij tonen zich verheugd over de ont wikkeling van de boerenleenbank, zij zien grote kansen voor de boerenleenbank en wensen ten slotte de directeur, die trots is op zijn nieuwe bank gebouw, veel succes met zijn boerenleenbank! Kijk, dat vinden wij niet elegant, hoe goed het overigens ook bedoeld kan zijn. De desbetreffende raiffeisenbank heeft zich uitgesloofd om de RAIF- FEISENBANK zo goed mogelijk te presenteren en dan is het niet aardig dat een van de gasten zich in het openbaar bedient van de benaming boeren leenbank. Voor de als gastheer optredende be stuursleden is de „verspreking" natuurlijk niet zo erg. Zij kennen de achtergrond. Maar ten opzichte van de door de bank uitgenodigde gasten, de plaatselijke autoriteiten, de belangrijke relaties en de pers is in zo'n geval het gebruik van de naam niet op zijn plaats. Natuurlijk bedoelen we niet te suggereren, dat boerenleenbank beneden onze stand is. We willen hier alleen maar mee zeggen, dat we nu eenmaal raiffeisenbank heten en dat het daarom zaak is deze naam consequent uit te dragen, zeker bij officiële gelegenheden. De begripsverwarring is al groot genoeg en dan moeten we er ons voor hoe den ook zelf nog een duit in het zakje te doen door beide namen door elkaar te gebruiken. We zijn de raiffeisenbank en dan ligt het voor de hand, dat we ons ook zó en dan ook niet anders dan zó presenteren. Laten we hopen, dat het hier gesignaleerde spoe dig tot het verleden zal gaan behoren en dat de raiffeisenbanken niet langer als boerenleenbanken worden gelukgewenst. In het belang van de raif feisenbank. DERDE DINSDAG IN OKTOBER Sinds mensenheugenis is de derde dinsdag in oktober een belangrijke dag voor de noordelijke provincies: De dag van de aloude paardenmarkt te Zuidlaren. De dag ook, waarop men het zomer seizoen als beëindigd beschouwt en men zich in stelt op de komende winter. De derde dinsdag in oktober is ook de dag waarop volgens de traditie voor het eerst de kachel werd aangestoken. Hoewel de paardenmarkt nog steeds van be tekenis is, ligt het zwaartepunt tegenwoordig toch wel bij de landbouwbeurs, die in de hallen en op de terreinen van de Stichting Prins Bernhardhoeve wordt gehouden. De twintigste landbouwbeurs werd dit jaar geopend door de minister van Landbouw ir. P. J. Lardinois. Ook mocht de beurs zich ver heugen in de belangstelling van Z.K.H. Prins Claus, die op 15 oktober een bezoek aan Zuidlaren bracht. De eerste stand die de hoge bezoeker aandeed, was die van de Raiffeisenbank. Daar werd hem ver zocht zijn handtekening te plaatsen in het gasten boek van de Landbouwbeurs. Bij die gelegenheid werd hem door de heer A. Brunsting, directeur van de Raiffeisenbank „Zuidlaren", tevens bestuurslid van de Prins Bernhardhoeve, een exemplaar van de Raiffeisenroman aangeboden. De heer Brunsting gaf de prins tevens een korte uiteenzetting van de betekenis van de raiffeisenbanken. Sedert de Landbouwbeurs Zuidlaren in 1948 van de grond is gekomen, hebben ook vele coöpera ties uit het noordelijk gewest aan de manifestatie deelgenomen. Evenals vorig jaar gebeurde dit ook nu weer in collectief verband. De coöperaties presenteerden zich gezamenlijk in het „Coöperatie Paviljoen'. Daar troffen wij aan: 538

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1968 | | pagina 28