Het bekken van het Noordzeekanaal is één van de pijlers waarop de Nederlandse economie rust. De ontwikkelingen in de verschillende sectoren van het Noordzeekanaalgebied kunnen niet meer onafhankelijk van elkaar worden gezien. Het noorden van Noord-Holland mist juist dat gene, wat juist het zuiden teveel dreigt te krijgen, namelijk inwoners, en niet-plaatsgebonden be- staansbronnen. Startpunten voor de ontwikkeling van het midden en noorden der provincie in het kader van het uitstralingsbeleid zijn Den Helder, Alkmaar, Purmerend en Hoorn. Daarnaast kunnen ook Enkhuizen, Schagen, Medemblik en Heerhugo- waard bij dit beleid als steunpunten worden ge bruikt. Als de geprojecteerde kernen in de zuide lijke IJsselmeerpolders mede in de beschouwing worden betrokken, kan aan drie zones worden gedacht, namelijk één van Alkmaar via Purmerend naar 't Gooi en één van Den Helder via Hoorn en Enkhuizen naar Lelystad met als basiszone het Noordzeekanaalgebied. In het algemeen wordt voor de groei van de werkgelegenheid in Noord-Holland verwacht dat deze in de agrarische sector verder in absolute zin zal dalen en dat deze in de industriële en ter tiaire sector zal moeten plaatsvinden Verschuiving van de industrie naar het noorden of overig Nederland wordt verwacht. De mogelijk heden voor de dienstensector liggen voor het zui delijk deel van de provincie gunstiger omdat deze sector een stuwend karakter heeft, sterk agglome- ratieve trekken vertoont en in of nabij een groot stedelijk centrum gevestigd moet zijn. In dit streekplan krijgt het probleem lucht-, bodem- en waterverontreiniging aandacht. Het is een ervaringsfeit, dat een streek waar de lucht in ernstige mate wordt verontreinigd, als woon- of werkgebied haar aantrekkelijkheid voor werkne mers verliest, hetgeen nu juist het tegendeel is van wat men beoogt. Groengebieden, mits van enig formaat, geven de mens in het algemeen het ontspannen gevoel van ruimte temidden van zich opdringende bebouwingen. De ontwikkeling van het Noordzeekanaalgebied betekent, dat veel ruimte nodig zal zijn en dat een grote oppervlakte zal worden onttrokken aan het agrarisch grondgebruik. Een eventuele toekomstige liquidatie van een groot aantal bedrijven in dit ge bied brengt mee de vraag, welke mogelijkheden er voor de betrokken agrariërs zullen zijn. De be drijven in dit gebied zijn overwegend in pacht en dit betekent in het algemeen, dat men minder mo gelijkheden heeft elders een bedrijf te kopen. Voor uitbreiding van havens voor zeeschepen en vestiging van industrieën zal de voorkeur (aan of nabij diep vaarwater) uitgaan naar de langs het Noordzeekanaal gelegen terreinen. Het gevolg hiervan zou kunnen zijn, dat de beste landbouw- 531

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1968 | | pagina 21