naar het oordeel van de regering ook billijk, dat de kredietverenigingen meer gaan betalen. De re gering stelt daarom voor, dat de kredietverenigin gen en daaronder vallen de raiffeisen- en boe renleenbanken in plaats van 20 van de winst, 33% belasting betaald moet worden. Dit be tekent, dat de belastingdruk voor onze banken bijna 2 x zo groot zou gaan worden. Dit is onjuist ge dacht, want in de werkwijze van de coöperatieve banken is niets veranderd en veranderingen bij andere spaarinstellingen kunnen geen reden zijn om de coöperatieve banken zwaarder te belasten. Gelukkig is dit nog maar een voorstel en nog geen wet. naar uit, dat de regering deze rente nu in het voor stel niet meer als kosten van de uitbetalende coöperatie wil beschouwen, zodat deze daarover vennootschapsbelasting moet gaan betalen. Dit zou dus een dubbele belastingheffing betekenen, na melijk zowel bij de coöperatie als bij de rente ontvanger. Bij het bovenstaande is geen rekening gehouden met de deelnemingsvrijstelling, welke volgens het voorstel zal gelden voor leden-verenigingen van een top-coöperatie. Voor zover de voorgestelde bepalingen van een onjuiste gedachte uitgaan, zul len de belanghebbende organisaties natuurlijk niet nalaten hun invloed uit te oefenen. DUBBELZINNIGHEID Voor wat de andere coöperaties betreft, gaat het voorstel van de gedachte uit, dat de coöperatie een verlengstuk kan zijn van het bedrijf van de leden, die door hun aansprakelijkheid in het risico van de coöperatie delen. De regering probeert echter in een zeer ingewikkelde formule onderscheid te maken. Winsten, welke aan leden worden uitge keerd, zijn gedeeltelijk van vennootschapsbelas ting vrijgesteld. Hierop bestaan weer uitzonderin gen. Het komt er in de praktijk op neer, dat vol gens het voorstel van de regering de grotere coöperaties, welke ook met niet-leden handelen of waarvan de activiteiten meer intensief zijn, steeds minder van deze vrijstelling van vennootschaps belasting voor uitgekeerde winsten kunnen profi teren. Anderzijds dwingt de praktijk er vaak toe in groter verband ook met niet-leden te handelen en de coöperatie intensief op de verwerking te laten ingrijpen. In dit verband is het misschien goed erop te wijzen, dat uitgekeerde winsten in principe ook aan inkomstenbelasting zijn onderworpen. Dit is overigens ook bij zuiver commerciële ondernemin gen het geval. Tot slot willen wij nog iets zeggen over het ledenkapitaal. Over het onverplicht op een aandeel gestorte kapitaal en over het op ledenrekeningen staande bedrag wordt rente betaald door de coöpe ratie. Tot dusverre moet alleen de ontvanger van deze rente daarover belasting betalen. Het ziet er 30 miljoen in Hoogeveen Tijdens een feestelijke bijeenkomst overhandigde de heer R. Beumer, directeur van de Raiffeisenbank „Hoogeveen" aan de spaarster die de 30 miljoen volmaakte een gouden horloge. Twee andere spaar ders ontvingen een gouden tientje. Uit het overzicht, dat de heer Beumer tijdens deze bijeenkomst gaf van de groei van de bank, blijkt dat de bank over de eerste 10 miljoen 48 jaar deed, terwijl het daarna veel sneller ging. Binnen 10 jaar is het spaartegoed nu met 20 miljoen gestegen tot 30 miljoen. Het nieuwe bankgebouw aan de Alex. Gogelweg te Vlissingen werd door de rayoninspecteur, de heer A. Oudkerk, geopend. 445

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1968 | | pagina 39