OPGAANDE CONJUNCTUUR
Wanneer dit overzicht verschijnt zal inmiddels de
Miljoenennota van de minister van Financiën open
baar zijn gemaakt en zal het Centraal Planbureau
zijn macro-economische verkenning, een soort tus
senrapport over de stand en de vooruitzichten van
de economie, hebben gepubliceerd.
Inmiddels is het wel mogelijk op basis van de
tot nu toe bekende gegevens na te gaan hoe de
financieel-economische ontwikkeling in ons land
zich tot dusver voltrekt.
De cijfers van de betalingsbalans over het
tweede kwartaal zijn bij het schrijven van deze
regels nog niet bekend, maar van de handelsbalans
zijn de gegevens tot en met juli beschikbaar.
De maand juli gaf een buitengewoon sterke stij
ging van de buitenlandse handel te zien, waarbij
de stijging van de uitvoer zowel in guldens als in
procenten die van invoer overtrof. Vergeleken met
juli vorig jaar steeg de invoer met 456 miljoen of
19 en de uitvoer met 545 miljoen of 28 Het
invoeroverschot over zeven maanden kwam hier
mee op 2.380 miljoen of 215 miljoen minder dan
in de overeenkomstige periode van 1967.
De invoer steeg dit jaar tot nu toe met 10 en
de uitvoer met 13%. Beide percentages overtref
fen sterk de prognoses van het Centraal Plan
bureau in het begin van dit jaar. Voor de betalings
balans wordt de gunstige ontwikkeling van de uit
voer vrijwel gecompenseerd door de eveneens
sterke stijging van de invoer.
Geeft de buitenlandse handel dus een beeld dat
in een opgaande conjunctuur past, ook de investe
ringen schijnen de oorspronkelijke ramingen te
zullen overtreffen. De voorraadvorming bij het be
drijfsleven vergt ook meer middelen en is, evenals
dat t.a.v. de investeringen het geval is, een van de
oorzaken van de stijgende invoer.
KAPITAALMARKT
Bij deze ontwikkeling van de conjunctuur valt tot
dusver nog geen buitensporig grote vraag naar
kapitaal te bespeuren. De overheid is, overeen
komstig haar voornemens, terughoudend met het
doen van een beroep op de kapitaalmarkt, die zij
440