ZEEUWS-VLAANDEREN, Wanneer de Nederlander boven de grote rivie ren, om de een of andere reden een bezoek moet gaan brengen aan Zeeuws-Vlaanderen, dan is hij veelal alleen al bij de gedachte daaraan met zijn lot begaan. Hij grijpt de landkaart en wordt eerst dan gewaar, dat ook Zeeuws-Vlaanderen een deel van Nederland is. Gezien de afstand en gezien het onbekende, beschouwt hij zich als een reiziger-in-den-vreemde maar hij zal bij binnenschrijden van de Vlaamse gewesten bij Kapellebrug (via Antwerpen), Perk- polder, Terneuzen of Breskens tot zijn grote ver bazing een welvarend, en een oogstrelend land schap aantreffen. Wanneer hij vervolgens de Zeeuws-Vlamingen ontmoet, dan zal hij op slag beseffen, dat het de bewoners van deze schone contreie niet meer is euvel te duiden, dat de verhalen over de Vos Reinaerde en schipper de Deckere van de Vlie gende Hollander hier hun oorsprong vonden. De historie wijst uit, dat Zeeuws-Vlaanderen een belangrijk grondgebied was. Bij Aardenburg bleek uit archeologische vondsten, dat de Ro meinen daar hun bivak hebben opgeslagen. Ook moet Attilla met zijn Hunnen de weg naar Zeeuws- Vlaanderen hebben gevonden. De bloedige 80- jarige oorlog is ook niet ongemerkt aan Zeeuws- Vlaanderen voorbij gegaan. Prins Maurits, Frederik Hendrik en Albertus van Oostenrijk hebben allen 364

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1968 | | pagina 10