Zolang deze vrije markt er nog niet is, hebben wij daar echter weinig aan. Bovendien neemt ook in een vrije markt het risico bij de kaasproduktie toe, omdat de prijs tegengesteld aan de in totaliteit geproduceerde hoeveelheid kaas zal gaan schom melen, zonder dat een minimumprijs bestaat. Over een langere reeks van jaren zal het inderdaad wel zo worden, dat de prijs welke de kaas gemiddeld heeft gedaan, overeenkomt met de prijs welke de melk voor de boterproduktie heeft opgebracht. Deze laatste hangt dan weer gedeeltelijk af van de opbrengst welke voor de magere melkpoeder is gemaakt. Hiervoor zal, als de Europese Commissie haar zin krijgt, ook geen inleveringsregeling komen. Wel bestaat de denatureringspremie. Ook voor de ma gere melkpoeder moet rekening worden gehouden met wisselende prijzen. Al met al gaan wij, wan neer de gemeenschappelijke markt tot stand komt, een vrij onzekere periode in. De meeste zekerheid biedt dan de boterproduktie en verwacht kan wor den, dat meer dan voorheen, zeker in Nederland, boter zal worden gemaakt. Dit zal tevens leiden tot vergroting van de magere melkpoederproduktie. In Nederland was het jaarlijks verbruik 140.000 ton, waarvan iets minder dan de helft door eigen produktie werd gedekt en de rest werd ingevoerd, voornamelijk uit overschotten in West-Duitsland en Frankrijk. Op de binnenlandse markt is dus nog ruimte voor de afzet van eigen magere melkpoeder, al zal het totale E.E.G.-overschot aan magere melk poeder toenemen. Is de E.E.G.-zuivelmarkt een maal tot stand gekomen dan zal men er in Neder land wellicht in slagen een melkprijs af boerderij te realiseren, welke gemiddeld dicht bij de richt prijs ligt. Op verhoging van de richtprijs mag men niet rekenen. Van jaar tot jaar zal de melkprijs sterk van de richtprijs kunnen afwijken. overgangstijd Zal op langere termijn en over langere termijn de richtprijs van de melk misschien wel kunnen worden gehaald; in de overgangsregeling van 1 april jl. tot de inwerkingtreding van de gemeen- Gezien de grote kaasoverschotten, welke boven de markt hangen en de grote voorraden die de veevoederfabrieken van magere melkpoeder hebben aangelegd, toen andere E.E.G.-landen hun over schotten in ons land dumpten, kan men er zeker van zijn dat de richtprijs zeker niet gehaald wordt. Het moet niet uitgesloten worden geacht, dat de melkprijs in het overgangsregime 3 a 4 cent per kg beneden de richtprijs uitkomt. De recente da lingen van de kaasprijs wijzen ook in deze richting. schappelijke markt is dat zeer de vraag. In deze tijd wordt nog een nationaal beleid gevoerd. De richtprijs is vastgesteld op 35,per 100 kg. De middelen welke voor de instandhouding van deze prijs worden gebruikt, zijn een inleveringsregeling voor boter, een verhoging van de drempelprijs voor magere melkpoeder en een verhoging van de denaturatiepremie voor magere melkpoeder. 215

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1968 | | pagina 9