I oor de eerste maal nemen wij hier in plaats van de Kroniek voor Land- en 1 uinbouw een Kandbouw-
commentaar op. Dit laatste draagt iets meer een beschouwend karakter dan de Kroniek, welke voor
namelijk beschrijvend is. liet ligt in ons voornemen Kroniek en Commentaar elkaar om de maand te
laten afwisselen.
reactie op de uitspraken van dr. S. L. Mansholt
De rede die dr. S. L. Mansholt, vice-voorzitter
van de E.E.G.-commissie, op 16 februari 1968 uit
sprak voor de algemene vergadering van de Gro
ninger Maatschappij van Landbouw, heeft in land-
bouwkringen nogal wat stof doen opwaaien en de
nodige reacties opgewekt.
In het kort weergegeven komt het betoog op het
volgende neer:
In de komende 25 a 30 jaar moeten wij rekening
houden met een stormachtige ontwikkeling op eco
nomisch, sociaal en cultureel gebied. In deze ont
wikkeling moet ook het doel van het landbouwbe
leid verwezenlijkt worden. Dit doel is: het voor de
landbouw mogelijk maken dat daar een hoofdelijk
inkomen, vergelijkbaar met het inkomen en het
levensniveau in andere beroepsgroepen, kan wor
den verdiend. Volgens de heer Mansholt zullen in
de rest van deze eeuw de reële inkomens verdub
belen, de vakanties een maand of langer gaan
duren en de arbeidsweek tot 30 a 35 uur bekort
worden.
Reeds nu bestaat er een achterstand van de
landbouw op de niet-landbouw. Hoe zal het worden
als de verwachtingen van dr. Mansholt bewaarheid
worden. Met welke middelen kan de landbouw wor
den geholpen deze ontwikkeling bij te houden of
liever: de achterstand in te halen?
Dit waren de vragen, die de heer Mansholt zijn
toehoorders stelde.
Volgens hemzelf was en is de prijspolitiek alleen
geen doeltreffend middel hiertoe. Het moet komen
van het structuurbeleid, dat er voor moet zorgen
dat geheel andere produktie-eenheden tot stand
komen, waarin de produktiefactoren arbeid, kapi
taal en grond op een optimale wijze gecombineerd
kunnen worden, opdat een verdriedubbeling van het
landbouwinkomen wordt bereikt.
De beer Mansholt noemde in dit verband als toe
komstige bedrijfsvormen vijf mans veebedrijven met
400 koeien en akkerbouwbedrijven van 500 a
1.000 ha.
Het gehele betoog was niet zomaar een uitschie
ter, want in een interview dat in „De Boerderij"
van 13 maart 1968 werd afgedrukt, heeft dr. Mans
holt zijn stellingen nogmaals nadrukkelijk onder
streept. Wanneer iemand als hij het noodzakelijk
vindt, deze problematiek op zulk een openhartige
wijze aan de orde te stellen, verdient dit de volle
aandacht, zeker ook van ons als Raiffeisenorgani-
satie, omdat wij als financiers van land- en tuin
bouw in de toekomstige ontwikkeling een belang
rijke rol zullen moeten spelen. In het onderstaande
zullen wij dan ook de punten die dr. Mansholt aan
de orde stelde, onder de loep nemen.
uitgangspunten
Ongetwijfeld zullen in de komende 30 tot 35 jaar
grote veranderingen in onze samenleving plaats
vinden. Daarbij staat wel vast dat het reële inko
men per hoofd van de bevolking zal stijgen. Met
155