afzetprognoses een moeilijke kwestie Bij een steeds kapitaal-intensiever worden van het produktieproces en de groeiende noodzaak tot schaalvergroting gaan investeringsbeslissingen een steeds groter gewicht in de schaal leggen. Naast arbeidsbesparende- of diepte-investeringen zijn er de breedte-investeringen. Hierbij worden aanzien lijke vermogens op langere termijn vastgelegd en dient men zich uitvoerig te beraden over de toe komstige afzetmogelijkheden. Bij het nemen van de investeringsbeslissingen is vóór alles nodig, dat men zich, zo goed en zo kwaad als dit gaat, een beeld vormt van de toe komstige markt. Grote ondernemingen beschikken hiervoor over een team van marktanalisten, die zich bezighouden met het opstellen van markt- prognoses; kleinere ondernemingen moeten vaak terugvallen op externe adviseurs, afzetorganisaties en andere bedrijfstaksgewijze georganiseerde in stellingen. Hoe men de afzetprognose ook opstelt, men zal altijd moeten uitgaan van bepaalde basishypothe sen ten aanzien van de bevolkingsgroei, de groei van inkomen en de elasticiteitscoëfficiënten van de vraag naar bepaalde produkten. (Verwacht inwonertal x 1000) West-Duitsland België Frankrijk Italië Luxemburg Nederland E.E.G fundamentele factor Ten aanzien van de inkomensontwikkeling heb ben de ervaringen bewezen, dat een groei van het inkomen leidt tot een wijziging in het consumptie patroon. Van een direct verband tussen inkomens- groei en de afzet van bepaalde produkten is dan ook veelal geen sprake. Het verband tussen bevolkingsgroei en con sumptieniveau van bepaalde produkten is veel di recter. Zo zal een snelle bevolkingsgroei de vraag naar voedingsmiddelen automatisch doen toe nemen. Men kan zich alleen afvragen of de gewij zigde leeftijdsopbouw aanleiding kan geven tot een ander consumptiepatroon. Hoe het ook zij, de be volkingsontwikkeling is een fundamentele factor bij de afzetprognoses. Het is daarom van belang na te gaan in welke mate de bevolking groeit en welke prognoses al zo opgesteld zijn. Overziet men de prognoses die in het verleden zijn gemaakt, dan treden er nogal wat verschillen op, getuige de uitkomsten van onderstaande prog noses gemaakt voor 1970. I-1961 Bureau voor de Statistiek van de Europese gemeenschappen. II-1963 De gemeenschappelijke markt in land- bouwprodukten prognoses voor 1970. III-1966 Ontwerp programma voor de economische politiek op middellange termijn. IV-1967 Bureau voor de Statistiek van de Euro pese gemeenschappen. I II III IV 57.980 59.245 60.700 60.222 9.697 9.685 9.780 9.710 48.855 49.190 51.290 50.947 52.410 52.660 53.100 54.318 335 335 348 342 12.528 12.650 13.230 13.117 181.805 183.765 188.448 188.656 187

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1968 | | pagina 41