antwoordomslag machtiging nr. 456 utrecht Nu het einde van de jaarlijkse „operatie verzen ding saldo-opgaven" ten einde loopt en door de gezamenlijke krachtsinspanning van alle daarbij betrokkenen enkele honderdduizenden saldo-op- gaven zijn verzonden, willen wij gaarne iets ver tellen van de naar aanleiding hiervan ontvangen reacties. Zoals men zal weten, wordt bij de saldo-opgaven behalve een begeleidend schrijven een machtigings- enveloppe ingesloten, teneinde cliënten, die bezwa ren maken tegen of vragen hebben over de hun toegezonden opgave, in staat te stellen portvrij te corresponderen. Het zal statistici misschien inte resseren, dat ongeveer 1 van de cliënten ge bruik maakt van deze machtigingsenveloppe. Hoe slecht men het begeleidend schrijven leest, moge hieruit blijken, dat ondanks het feit, dat uitdrukke lijk is gesteld, dat alleen bij niet-akkoordbevinding gereclameerd dient te worden, toch circa 1200 cliënten hun saldo-opgave getekend weer inzenden. Vanzelfsprekend worden deze getekende opgaven geretourneerd aan de betrokkenen met een bege leidend schrijven, in de hoop dat men er op deze manier aan went alleen te reclameren bij verschil len. De opmerkingen over ,,het niet akkoord gaan" vinden enerzijds grotendeels hun oorzaak in giro overmakingen omstreeks de jaarwisseling, ander zijds in de berekening van rente en provisie, waar bij blijkt dat speciaal de vermelding „zonder kos ten en rente 31/2 in de advertenties van vrijwel alle banken de volle aandacht heeft gekregen, zonder dat men zich afvraagt of de eigen rekening aan de gestelde eisen voldoet. Dat men de Centrale Bank als een all-round in stelling beschouwt, moge blijken uit de bescheiden, die wij in de ontvangen machtigingseveloppen aan troffen, zoals: aanmeldingsformulieren voor loodgieter en gas fitter; aankondigingsbericht van bezoek van T.V.- reparateur; loonlijsten; een bestelling van een deksel met bijgevoegd 100 punten van een bekende koffie- en thee firma; een uitvoerige brief met een uiteenzetting, waarom men zijn contributies niet wil verhogen (we weten nu nog niet van welke vereniging); een brief van Keesje en Marie aan tante Lien en oom Hans met het verzoek nog eens te komen logeren; ook over de gezondheidstoestand van bepaalde personen werden wij uitvoerig op de hoogte gesteld, doordat wij enkele keuringsrapporten ontvingen; van Willie kregen wij voor Oma een mooie te kening, die wij helaas niet in kleuren voor u kunnen reproduceren; wat te denken van een enveloppe zonder enige vermelding van afzender met als inhoud een stukje glas? Bedoelde de afzender, dat het hem zo helder als glas was, zulks in tegenstelling tot de cliënt, die zijn saldo-opgave met een creditsaldo terugstuurde met de opmerking: „Zoek het maar uit van mij kunt u geen cent vordere de Betalde rekenge die heb ik noch." Dat sommige cliënten het niet kunnen volgen, is niet helemaal hun schuld; de formulieren, die door sommige banken worden gebruikt, munten niet al tijd uit door duidelijkheid. Dit is een punt, waaraan meer aandacht zal moeten worden besteed, want in wezen is de saldo-opgave, die een bank haar cliënten stuurt, een visitekaartje. Als men op een 133

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1968 | | pagina 37