richt dat er beslag onder de bank (en/of de Stich
ting Spaarbank) is gelegd, terwijl na enige tijd de
bank (en/of de Stichting Spaarbank) door de be
slaglegger wordt gedagvaard tot het doen van een
verklaring van wat er ten tijde van het beslag nu
precies onder de bank (Spaarbank) van tegoed was
of is gekomen. De bank moet dat opgeven en het
slot van het liedje is dat de bank (Spaarbank) door
de rechtbank wordt veroordeeld om aan de beslag
legger af te geven wat deze vordert, voor zover na
tuurlijk het tegoed daartoe voldoende is. De bank
heeft vanwege zo'n procedure kosten gemaakt,
welke allereerst van het tegoed mogen worden af
geboekt.
De cliënt, die het zover laat komen, maakt dus
enige honderden guldens kosten, zonder dat hij
daar verder iets tegen kan doen.
Het is derhalve een goed advies om de cliënt,
zodra het beslag is gelegd, dringend te adviseren
het hoofd in de schoot te leggen en de vordering
met de ook dan al hoge kosten te betalen. Het
geeft hem geen enkel voordeel het tot de hier
boven beschreven verklaringsprocedure te laten
komen, met die honderden guldens extra.
Helaas zijn het meestal niet de slimste cliënten,
die het zover laten komen en betichten zij dan
later de bank ervan dat deze onder één hoedje
heeft gespeeld met de beslaglegger, terwijl de rol
van de bank, zoals wij zagen, toch positief was en
niet anders dan de wet nu eenmaal voorschrijft.
In sommige gevallen moet de bank zonder meer
tot afgifte van het gehele of gedeeltelijke tegoed
overgaan. Dit geldt vooral bij belastingbeslagen.
Ook bij beslaglegging doen wij het vriendelijke
maar dringende verzoek: krijgt u de deurwaarder
op bezoek met een beslagexploit, stuur dit dan
dadelijk aan de Juridische afdeling door!
veilen vrij van huur
Een geheel ander onderwerp, maar wel een van
aanhoudende zorg is het nog al eens voorkomende
geval dat de bank moet overgaan tot het veilen
van een hypothecair verbonden onroerend goed en
bij de voorbereiding van die veiling blijkt dan dat
het pand (of de tuin of wat er ook verbonden was)
niet meer door de hypotheekgever zelf wordt be
woond of bebouwd maar door een ander. De hypo
theekgever blijkt het schriftelijk of mondeling aan
een ander te hebben verhuurd.
De hypotheekakte houdt uitdrukkelijk het huur-
beding in, d.w.z. de hypotheekgever verklaart met
nadruk het verbonden goed niet te zullen ver
huren zonder schriftelijke goedkeuring van de
bank. Doet hij dit toch dan kan de bank de nietig
heid van de huurovereenkomst uitroepen.
Uiteraard is het voor de bank van groot belang,
wanneer ze moet veilen, dat het onroerend goed
dan vrij van huur geveild kan worden. Voor de op
brengst maakt dat een zeer groot verschil.
Zodra de bank bemerkt houdt u een regel
matige controle op de onderpanden? dat de
hypotheekgever-eigenaar is vertrokken en een an
der het verbonden onroerend goed bewoont, zon
der dat daarvoor de goedkeuring van de bank is
gevraagd, moet de bank de hypotheekgever én de
huurder wijzen op het huurbeding. De Juridische
afdeling geeft u daarover gaarne advies.
Als de bank immers, wetende van die verhuur of
dat gebruik, stilzwijgend blijft toezien, wordt de
bank geacht onder het motto: wie zwijgt stemt toe,
zijn goedkeuring te hebben gegeven. De rechter
zal dan moeite hebben om vlak voor de veiling in
eens de nietigheid van de huurovereenkomst, met
de daaruit voortvloeiende ontruiming, uit te spreken
en de bank terecht het verwijt maken dat ze door
stil te zitten haar recht heeft verspeeld.
Ook hier geldt dus weer dat men niet te voor
zichtig kan zijn. Een nu, al dan niet oogluikend toe
gelaten verhuur, kan straks hoogst nadelig blijken.
goede raad
Wij plukten weer enkele bloempjes uit de volle
tuin van juridische problemen en probleempjes.
Wij hebben dit niet uitputtend gedaan, immers
onder voorbehoud van alle rechten!
Mogen wij u tenslotte dezelfde goede raad ge
ven, die de dokter geeft op het eind van de
E.H.B.O.-cursus: Als er iets gebeurt, blijf dan
van het slachtoffer af en roep dadelijk de dokter.
De Juridische afdeling kunt u altijd, ook telefo
nisch, bereiken!
127