de, alsmede naar de rente over het geïnvesteerde kapitaal". Dat men hiertoe is overgegaan, zal in verband staan met de nog veel voorkomende ach terstand in de modernisering van de bedrijfsge bouwen. Voor de verpachter wordt het nu mogelijk rendabel in het pachtgoed te investeren. De pach ter kan daardoor ook met minder schroom zijn ver pachter vragen in de gebouwen te investeren of de ze te vervangen. Ook wanneer de verpachter zelf geen kapitaal beschikbaar heeft, kan hij eventueel als eigenaar onder hypotheek geld lenen, om daar mee de investering te financieren. Hij kan dan de lasten van de financiering via de pachtprijs op de pachter, die van de investering de voordelen plukt, verhalen. Men mag verwachten dat deze verande ring de aanpassing en verbetering van de bedrijfs gebouwen zal vergemakkelijken. De pachtprijs van de woning zal gelijk zijn aan de huurwaarde van vergelijkbare objecten in de zelfde streek. Wij kunnen ons voorstellen dat de pachters aan vankelijk nogal tegen een pachtverhoging zullen opzien, wanneer zij daarmee worden geconfron teerd .Het bovenstaande zal duidelijk maken, dat de veranderingen in het pachtprijsbeleid, zoals deze in het pachtbesluit van 17 oktober 1967 zijn vastgelegd, het instituut pacht een grotere vitali teit zullen geven, hetgeen de pachter op langere termijn ook voordelen biedt. Onlangs opende de Raiffeisenbank ..Breukelen" een bijkantoor te Loenen. 390

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1967 | | pagina 40