WATONS BEZIGHOUDT UIT EIGEN TUIN Evenals iedereen, hopen ook wij, dat het najaar zich even mooi aan ons zal presenteren als de af gelopen zomer dat gedaan heeft. Het echte seizoen van zon en vakantie is echter onvermijdelijk weer verleden tijd geworden en daarmede gaat de mens zich als vanzelf weer wat intensiever concentreren op wat hem in de toekomst te doen staat. Dit geldt, geloven wij, ook voor onze banken en organisatie. Het past daarom bij de sfeer, welke aan een mooie herfst eigen is, dat wij deze keer een kleine bloemlezing aanbieden van wat ons thans bezig houdt en in de toekomst bezig zal houden. We kun nen daarbij niet iedere bloem uitvoerig gaan be schrijven; het gaat ons meer om het boeketje, dan om de bloemen afzonderlijk. nieuwe vleugels uitslaan Wij mogen beginnen met het noemen van een concreet, tastbaar en zichtbaar voorwerp, dat ons thans bezig houdt. Dat is de grote nieuwe vleugel, welke aan het bestaande gebouw van de Centrale Bank is opgetrokken. Deze vleugel, die op zich zelf reeds een behoorlijk imposant bouwwerk vormt, zal omstreeks 10 november a.s. voor gebruik gereed zijn. De verhuizing van de diverse afdelingen, die nu nog in het bestaande gebouw gevestigd zijn, zal naar wij hopen vóór februari 1968 voltooid zijn. Men zal begrijpen, dat één en ander reeds nu de nodige voorbereiding vergt. Zichtbaar zal ook zijn de nieuwe computer, die op 15 november a.s. in het nieuwe gebouw ge plaatst zal worden. Minder zichtbaar misschien, maar zeker niet minder merkbaar, zullen de gevol gen zijn van het eigen „computercentrum", dat in het nieuwe gebouw zijn plaats zal vinden. De tweede computer zal er toe medewerken, dat de voordelen van de automatische verwerking van ge gevens al meer door onze banken zullen worden uitgebreid. De kenners op dit gebied weten overi gens, dat hier een zeer zorgvuldige, tijdrovende planning aan vooraf dient te gaan. Computers vormen ook de onmisbare achter grond voor twee belangrijke initiatieven, waarbij ook onze organisatie betrokken is. Wij bedoelen de Bankgirocentrale en de invoering van betaal cheques. De eerste zal waarschijnlijk in 1968 zijn werk beginnen, terwijl de betaalcheques reeds op 1 november a.s. hun entree zullen doen. De ban ken zullen er goed aan doen zich zo snel mo gelijk met deze beide nieuwe vormen van activi teit vertrouwd te maken. Ruime bekendheid en toepassing vindt onder onze banken reeds het systeem van girale salaris betalingen. Toch is dit systeem nog zeer recent en zijn de mogelijkheden daarvoor nog maar nauwe lijks in de volle breedte aangesproken. Ook hier zal iedere bank in de komende tijd werk te over kunnen vinden, dat haar kan bezig houden. Al deze banktechnische nieuwigheden zullen door middel van publiciteitscampagnes onder de aandacht van het publiek worden gebracht. Ook de televisiereclame zal daarbij ingeschakeld worden. De individuele bank staat dus niet alleen voor de taak haar cliënten te bewerken, want het terrein wordt als het ware bouwrijp gemaakt door de acti viteiten van de gehele organisatie. Het belangrijk ste, nl. het vestigen van een blijvende relatie met de cliënt, blijft echter de taak van iedere afzonder lijke bank! eerst beraad, dan resultaat Het bekende Rapport 1966, waarover inmiddels reeds circa dertig studiebijeenkomsten met de banken zijn gehouden, zal in de komende maanden ook nog een belangrijk „staartje" krijgen. In voor- 290

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1967 | | pagina 4