behoud, bij het voorgaande lid gemaakt, is ook ten deze van toepassing. Elk beding, waardoor deze verplichting van de werkgever zou worden uitge sloten of beperkt, is nietig." De werkgever is niet alleen voor eigen onrecht matige daden verantwoordelijk. Volgens de wet is hij immers ook nog aansprakelijk voor de onrecht matige daden van zijn ondergeschikten op grond van artikel 1403 lid 3 van het B.W.: ,,De meesters en degenen, die anderen aanstellen tot de waar neming hunner zaken, zijn verantwoordelijk voor de schade, door hunne dienstboden en ondergeschik ten veroorzaakt in de werkzaamheden, waartoe zij dezelve gebruikt hebben." De getroffene zal derhalve óók zijn werkgever aan kunnen spreken wanneer één van zijn mede werknemers tijdens de uitvoering van werkzaamhe den een onrechtmatige daad pleegde, terwijl hierbij dan tevens nog geldt, dat de werkgever zich niet op afwezigheid van schuld van zijn kant kan be roepen. aansprakelijkheid collega-werknemers Naast de werkgever is de werknemer, die de on rechtmatige daad pleegde, ook zelf aansprakelijk op grond van artikel 1401 B.W. De getroffene kan zich dus derhalve ook tot zijn collega voor een schadevergoeding wenden. In de meeste gevallen zal hij dit niet doen, omdat de verhaalsmogelijkhe- den hier, financieel gezien, moeilijker zullen liggen. aansprakelijkheid van derden Als het ongeval te wijten is aan de schuld van een derde, buiten de sfeer van de werkkring van de getroffene, is die derde aansprakelijk inge volge artikel 1401 B.W. voor de schaden die de getroffene nog lijdt buiten de uitkeringen ingevolge de W.A.O. overlijden Tot nu toe is slechts gedacht aan de situatie waarbij de getroffene in leven blijft. Hoe is het met de aanspraken van de nabestaanden bij overlijden? De W.A.O. kent geen overlijdensuitkeringen. De nabestaanden vallen terug op de Algemene Wedu wen- en Wezenwet (A.W.W.). Voor de schade, welke zij lijden boven de uitkering uit de A.W.W., hebben de echtgenote en/of kinderen, dan wel de ouders, die door de getroffene werden onder houden, een recht op schadevergoeding op de ver oorzaker van de dood op grond van artikel 1406 B.W., dat luidt: „In geval van moedwillige of on voorzichtige doodslag, hebben de overblijvende echtgenoot, de kinderen of de ouders van de ne- dergeslagene, die door zijn arbeid plegen te wor den onderhouden, een rechtsvordering tot schade vergoeding, te waarderen naar gelang van de we derzijdse stand en de fortuin der personen en naar de omstandigheden." De aansprakelijke personen zijn ook hier weer dezelfde als hierboven genoemd: de werkgever, de collega-werknemer of een derde. verzekering wettelijke aansprakelijkheid Uit het bovenstaande zal het duidelijk zijn, dat, waar de W.A.O. de burgerrechtelijke aansprakelijk heid van de werkgever in tegenstelling tot b.v. de Ongevallenwet 1921 niet uitsluit en de mogelijkheid van het eisen van smartegeld openlaat, het belang des te meer aanwezig is voor het sluiten van een W.A. Bedrijfsverzekering voor personen, die per soneel in loondienst hebben. Uiteraard is een W.A.- Bedrijfsverzekering niet alleen hiervoor gewenst. Zeer belangrijk is, dat een werkgever gedekt is tegen het risico, dat derden hem aansprakelijk kun nen stellen voor eigen onrechtmatige daden, ge pleegd in de uitoefening van zijn bedrijf of voor die van zijn werknemers. Ook het aspect van de verhaalsmogelijkheden als uitvloeisel van de nieuwe W.A.O. dient hierbij echter niet te worden vergeten. W.A.-bedrijfsverzekering Onze banken, die verzekerd zijn op de collec tieve polis, behoeven zich over de dekking geen zorgen te maken. De polisvoorwaarden voorzien volledig in de verzwaring van het risico. De werk nemers zijn eveneens verzekerd binnen de grenzen van de verzekering voor wat b.v. het verzekerde bedrag 500.000,betreft, in die gevallen waar- 316

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1967 | | pagina 30