financieel overzicht identiek met dat van de gemiddelde ondernemer, die evenmin zijn schulden zal opvoeren alleen om- i dat de rente gedaald is. Gezien de geschetste verhoudingen is het duide lijk dat bij alle Westduitse kredietinstellingen en ook bij de raiffeisenbanken de middelen sneller aan groeien dan de uitzettingen. Het bankwezen komt dus niet alleen door een geringere rentemarge in moeilijkheden, maar daarnaast ook door een liquidi teitsoverschot. Met spanning wordt gewacht op het moment, dat de ondernemers weer tot rationalise rende en specialiserende investeringen besluiten en de consumenten weer grotere consumptieve kredieten opnemen. Intussen dienen de spaarrente- tarieven nauwkeuriger gedifferentieerd te worden om zodoende speculatieve spaarsaldi zoveel moge- I lijk te weren, aldus dr. Geisbüsch in het juninummer van de Raiffeisen Rundschau. BELGIË actuele problemen Tijdens de algemene vergadering van de Centrale Kas voor Landbouwkrediet wees de directeur- generaal, de heer Florquin, op het toenemende ad ministratieve werk van de kassiers en de groei naar een volwaardig kassiersschap, aldus het blad Raif feisen Echo van mei 1967. Verder ontwikkelen de Raiffeisenkassen zich van landbouwkas naar een plattelandsbedrijf. Als gespecialiseerde landbouw kredietinstelling dient enerzijds het krediet aan de landbouw steeds prioriteit te genieten, anderzijds moet de plattelandsspaarder ook bij ons over kre diet kunnen beschikken, aldus de heer Florquin. Opvallend is voorts de vertraging in de groei van het spaarboekjesbedrijf enerzijds en de sterke ex pansie van het termijnbedrijf anderzijds, een ont wikkeling die het bedrijf minder kwetsbaar maakt, aldus de heer Florquin. Wij tekenen hierbij aan dat in de Nederlandse verhoudingen een zuivering van de spaarbank door overboeken van bepaalde saldi naar de rekening-courant een belangrijk alternatief vormt. belangrijke verbetering der betalingsbalans Het trof ditmaal gelukkig dat ten tijde dat dit overzicht werd geschreven het ministerie van Fi nanciën juist de betalingsbalans over het eerste kwartaal van 1967 had gepubliceerd. Deze gaf een belangrijke verbetering ten opzichte van het eerste kwartaal van 1966 te zien, zij het ook dat de lo pende rekening van de betalingsbalans nog een tekort van 98 miljoen liet zien, terwijl op trans actiebasis nog een tekort tvan 333 miljoen moest worden gedekt. Echter was het eerste kwartaal van 1966 afgesloten met een tekort van 487 miljoen, zodat er op kasbasis een verbetering is ingetreden van 389 miljoen en op transactiebasis, ten op zichte van het tekort van f 802 miljoen dat de overeenkomstige periode van 1966 te zien gaf, van 469 miljoen. Deze gang van zaken is in hoofdzaak te danken aan de betrekkelijk gunstige ontwikkeling van de buitenlandse handel en met name van de uitvoer, die in het eerste kwartaal van dit jaar bijna een half miljard gulden meer opleverde, waartegen over de invoer slechts met circa f 125 miljoen toe nam. Ook de kapitaalopbrengsten, die met 123 mil joen stegen tot 162 miljoen, droegen in belang rijke mate bij tot het betere resultaat. Wel moet hierbij in aanmerking worden genomen, dat het vo rige jaar het saldo kapitaalopbrengsten met 183 miljoen tot f 39 miljoen was verminderd, door toe vallige factoren, waardoor minder opbrengsten uit buitenlandse deelnemingen naar Nederland waren overgemaakt. De uitvoer werd in het eerste kwartaal van 1966 bovendien incidenteel ongunstig beïnvloed door de mond- en klauwzeerepidemie, terwijl einde 1965 een aantal goederen versneld werd ingevoerd met het oog op de verhoging van de omzetbelasting op 1 januari 1966, waardoor weer de invoerstijging in het eerste kwartaal van 1966 incidenteel werd ge remd. 230

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1967 | | pagina 24