een belangrijke rol bij de financiering van de na oorlogse woningbouw. Dit was mogelijk dank zij een ruime liquiditeit (in 1945: 2,8 miljard), die ontstaan was door de geringe uitzettingen in de woningbouwsector en de hoge besparingen gedu rende de oorlogsperiode. Een groeiende bevolking met een hoger be steedbaar inkomen en de na-oorlogse voorkeur van de gemiddelde Amerikaan voor spaarreke ningen boven andere beleggingsmedia hebben ge zorgd voor een bijzonder snelle groei van de spaarbanktegoeden. Dank zij een actieve propa ganda, een scherpe rentepolitiek en een goede spreiding van vestigingen hebben de S.L.A.'s hun aandeel in het totale spaarbestand aanzienlijk we ten te vergroten van circa 7 in 1945 tot 31 in 1965. Tussen 1945 en 1950 werd het spaartegoed bijna verdubbeld van 7,4 tot 14 miljard dollar. Deze ont wikkeling herhaalde zich tussen 1950 en 1960. Mede door het concurrerende optreden van de handelsbanken vertraagde het groeitempo daarna enigermate. De groei en betekenis van de Savings- and Loan Association kan afgelezen worden uit onderstaande tabel. Totale activa (in miljarden dollars) 1945 1955 1960 1965 Savings-and Loan Associations 8,7 37,7 71,5 129,4 Commerciële banken 160.9 199,2 257,6 371,6 Levensverzekeringsmaatschappijen 44,8 90,4 119,6 158,4 Mutual Savings Banks 17,0 31,3 40,6 58,3 de concurrentiepositie De meeste Savings- and Loan Associations zijn sterk plaatselijk georiënteerd. Pogingen om ver enigingen met een groter werkgebied te creëren mislukten. Tijdens het laatste decennium van de 19e eeuw werd er een aantal S.L.A.'s gesticht met een meer landelijke werksfeer. Zij sneuvelden echter tijdens de crisisjaren rond 1897. Hierbij leerde de ervaring dat deze grote instellingen on voldoende kennis bezaten omtrent de plaatselijke omstandigheden. De huidige verenigingen zijn in He meeste gevallen op een bepaald woongebied georiënteerd. De concurrentie met andere financieringsinstel lingen en met de leden uit de eigen organisatie is over het algemeen vrij fel. Het opbouwen van „public relations" is bijzonder belangrijk. Door een veelheid van maatregelen tracht men zijn naam te verbreiden. Zo worden regelmatig bedragen ge schonken een liefdadige iristellingen en worden studiebeurzen ter beschikking gesteld. Verder wordt het van groot belang geacht dat de leiding functies in het verenigingsleven bekleedt. Met geschenken, premies en verlotingen worden nieuwe spaarders aangetrokken. Ook kent men het systeem van de Christmas Clubs waarbij de deelnemers regelmatig sparen. De Savings- and Loan Associations hebben even als de Mutual Savings Banks een aanzienlijke voorsprong gehad op de handelsbanken. Wat was namelijk het geval: voor de handelsbanken gold en geldt nog steeds een renteplafond dat onder toe passing van Regulation Q door de monetaire auto riteiten wordt vastgesteld. Zo beliep de door de handelsbanken maximaal op spaar- en termijnreke ningen te vergoeden rente in 1952 ongeveer 1 De Savings- and Loan Associations die niet onder deze beperkingen vielen gaven ongeveer 2 meer. Gezien het feit dat Amerikanen zeer gevoelig zijn voor renteverschillen hebben de Savings- and Loan Associations een aanzienlijk deel van de spaar- geldstroom weten aan te trekken. De besparingen bij verschillende instellingen (in miljarden dollars) S O E 5 Loan- anc Saving A Mutual Savings Banks Handels banken Credit Unions Spaar- obligaties Post- spaarbanl Totaal 1920 1,7 4,8 10,5 0,2 17,2 1930 6,3 9.4 18,6 0,2 34,5 1940 4.3 10,6 15,4 0,2 2,8 1,3 34,6 1945 7.4 15,3 29,9 0.4 42,9 3,0 98,9 1950 14,0 20,0 35,2 0,9 49,6 3,0 122,7 1955 32,1 28,1 46,3 2.4 50,2 2,0 161,1 1960 62,1 36,3 67,1 5,0 45,7 0,8 217,0 1965 110,3 52,7 131,0 9,4 49,6 0,3 353,3

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1967 | | pagina 42