Hoe afhankelijk boer en tuinder zijn van de weersomstandigheden hebben de fruittelers gemerkt in de nacht van 23 op 24 april. Waar geen voorzieningen waren getroffen werd grote nachtvorstschade toegebracht aan de fruitbloesem. Een van de methoden om nachtvorstschade te beperken, is het beregenen van bloesem. De op de foto getoonde Bonne Louise leed geen schade, al doet de afbeelding anders verwachten. die zowel de Amerikanen als de E.E.G.-landen oor spronkelijk hadden over het aandeel van de land bouw in de te bereiken Kennedy-overeenkomst heel weinig terecht is gekomen. Helaas bleken de uitgangspunten van de beide belangrijkste part ners in het gesprek te Genève tegenover elkaar te staan. De Amerikanen wensten immers een zoda nige afbraak van invoerrechten en andere belem meringen dat een aanmerkelijke uitbreiding van de internationale handel in landbouwprodukten het ge volg zou zijn. In ieder geval wensten zij een min of meer gegarandeerde toegang tot de markt, vooral in de E.E.G., voor de produkten die zij belangrijk goedkoper produceren. De E.E.G.-commissie daar entegen streefde naar wereldomvattende markt ordeningen en het bevriezen van de steunniveaus, ook in de exportlanden. Het uiteindelijk resultaat van de onderhandelin gen op landbouwgebied is slechts een akkoord over een voortzetting van de internationale tarwe- overeenkomst met wat hogere minimumprijzen en de vaststelling van een verdeelsleutel voor de voedselhulp geweest. Nu de onderhandelingen ten slotte slechts ge deeltelijk geslaagd zijn, moet nog bezien worden welke gevolgen dit akkoord krijgt voor de Neder landse landbouw. engeland in de E.E.G. Deze maand was ook het besluit van Engeland om aansluiting te vragen bij de E.E.G. voor de land- en tuinbouw van bijzonder grote betekenis. Dit kan grote gevolgen hebben, niet alleen voor Engeland zelf doch ook voor de E.E.G.-landen. Im mers met Engeland zal de grootste importeur van landbouwprodukten in de E.E.G. komen. Daardoor biedt de „eigen markt" nog meer perspectief. Daardoor wordt ook de basis van de agrarische politiek der Gemeenschap verbreed en versterkt. Overigens zal deze toetreding nog vele proble men scheppen. Zo onderhoudt Engeland sterke banden met het Gemenebest en bestaan er bij zondere relaties met landen als Australië en Nieuw- Zeeland. De agrarische exporten uit deze landen zullen bij de toetreding van Engeland tot de E.E.G. zeker een belangrijke factor vormen. Bovendien bestaat er al jaren een principieel verschil tussen het Engelse landbouwbeleid en het landbouwpolitieke systeem van de E.E.G.-landen. Binnen de E.E.G. kent men het systeem van richt prijzen waardoor het prijspeil wordt afgeschermd van de wereldmarkt. De Engelse boer kent echter een systeem van garantieprijzen die worden ge realiseerd door toeslagen van de Staat boven de marktprijzen die worden bepaald door de wereld markt. Kort geleden zijn de garantieprijzen aan merkelijk verhoogd. Kennelijk streeft de regering er naar de eigen produktie te stimuleren en de in voer zoveel mogelijk te beperken. Het overnemen van het E.E.G.-systeem van agrarische marktorde ning zal ongetwijfeld voor Engeland een moeilijk te verteren zaak zijn, ook omdat daardoor de kos ten van levensonderhoud aanmerkelijk zullen stij gen. Waar tegenover dan de toeslagen door de Staat kunnen vervallen. De toetreding van Denemarken, dat inmiddels ook een aanvraag heeft ingediend, zal voor de 167

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1967 | | pagina 17