droeg hij bij tot het indienen van een wetsontwerp, dat aan de kredietcoöperatie een wettelijke basis gaf. uitbouw Aanvankelijk ontwikkelde zich het onderlinge kre diet slechts langzaam. Om de groei te versnellen werd in 1921 een centraal ontwikkelingsbureau op gericht. Het was dank zij de aansporingen van deze instelling dat in tal van Amerikaanse staten wetten ter bevordering van kredietcoöperaties werden in gevoerd, terwijl tenslotte in 1934 een federale wet tot stand kwam, die het mogelijk maakte overal in de Verenigde Staten kredietcoöperaties op te rich ten. In datzelfde jaar werd opgericht de Credit Union National Association, die de plaats van het ontwikkelingscentrum innam. In 1935 werd een on derlinge verzekeringsmaatschappij opgericht waar bij de tegoeden en de uitzettingen van de Credit Unions werden verzekerd. Het was in de tweede helft van de dertiger jaren, dat het Credit-Unionsysteem een snelle opbloei liet zien. Tussen 1934 en 1939 nam het aantal Credit Unions toe van 2.490 tot 7.960. Gedurende de Tweede We reldoorlog vertoonden deze spaar- en kredietinstel lingen van de kleine man slechts een matige groei. Aangezien zij nauwelijks in concurrentie traden met andere financiële instellingen, vielen zij bijna niet op. Dit veranderde toen het marktaandeel van de Credit Unions in de na-oorlogse periode snel gro ter werd. Deze groei uitte zich niet alleen bij het aantrekken van middelen, maar ook bij het verlenen van kredieten (zie tabel). De snelle groei gedurende de vijftiger jaren was voor de American Bankers Association zelfs aan leiding een speciale onderzoekcommissie in te stellen. Zoals reeds eerder vermeld kan de snelle groei na de oorlog verklaard worden door het feit, dat de Credit Unions als instelling voor de kleine man, brede massa's van werknemers het eerste de mo gelijkheid hebben geboden de behoefte aan hoog waardige consumptiegoederen tegen gunstige voor waarden te bevredigen. De afbetalingskredietinstel lingen waren te duur, terwijl de banken zich in veel gevallen nog niet tot de grote massa richtten. Credit Unions 0,1 (5.56%) 1,7 (6.09%) 6.4 (11,11%) Een motievenonderzoek wees uit dat de afstand tussen het publiek en de handelsbanken groot was, daarentegen werd het contact met de Credit Union als persoonlijk, informeel en ongecompliceerd er varen. organisatorische structuur Een Credit Union wordt gewoonlijk opgericht door een zevental personen, dat een gemeenschap pelijke binding heeft. Dit kan betrekking hebben op het wonen in hetzelfde stadsdeel, het behoren tot eenzelfde kerkgenootschap, of het bij eenzelfde werkgever in dienst zijn. Zo heeft ruim 34% van de Amerikaanse Credit Unions betrekking op de in dustrie, 15% bestaat uit ambtenaren en circa 18% vindt de gemeenschappelijke binding in een kerk genootschap, een coöperatie of een vakvereniging Een Credit Union bestaat dus uit een gesloten groep, leder lid moet ten minste een aandeel van 5 ne men, maar is verder niet aansprakelijk, leder lid heeft maar één stem, ongeacht het aantal aandelen dat hij bezit. De ledenvergadering wijst de leden van het bestuur, van de raad van toezicht en van de kredietcommissie aan. Deze commissie is belast met het beoordelen van Bij verschillende financiële instellingen uitstaande bedragen aan afbetalingskredieten (in miljarden dollars) Ultimo Totale Financierings- Financierings- Detaillisten Banken som mijen mijen v. v. d. handel consumenten 1945 1,8 0,3 0,7 0,7 1955 27,9 8,4 2,7 4,5 10,6 1964 57,6 14,8 5,1 7,4 23,9 147

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1967 | | pagina 33