grens steeg in diezelfde periode van 6.900,tot f 14.050,per jaar. De maximumpremie liep ge durende deze periode op van 465,75 tot 1.728, per jaar. Het op te brengen percentage van het in komen alsmede de premie-inkomensgrens zijn dus in betrekkelijk korte tijd bijna verdubbeld, terwijl de maximumpremie meer dan verdrievoudigd is. Inkomen, dat moet worden afgedragen voor de financiering van de sociale zekerheid, is niet be schikbaar voor de vorming van eigen vermogen. Bovendien zijn de moeilijkheden voor het doen van de nodige besparingen in belangrijke mate ver sterkt door het optreden van verschillende facto ren. Genoemd kunnen worden de inflatie in het algemeen en de sterke stijging daarvan in de laat ste jaren in het bijzonder. Het inkomen van de zelf standige ondernemer is, in tegenstelling tot dat van de loontrekkende, niet welvaartvast. De inflatie tast de koopkracht van de zelfstandige onder nemer aan. De prijzen van goederen en diensten stijgen, de investeringslasten en de gezinsuitgaven worden verhoogd, hetgeen het bedrijfsrendement aantast. Daarbij komt nog het feit, dat de grond prijzen in de laatste jaren ook een aanzienlijke stij ging hebben doorgemaakt. eigen vermogen In een dezer dagen verschenen rapport heeft de Katholieke Nederlandse Boeren- en Tuindersbond nog eens gewezen op de belangrijke functie van het eigen vermogen. Immers, de technische voor uitgang, de snelle stijging van het loonniveau en de groeiende concurrentie in E.E.G.-verband dwin gen de agrarische ondernemers tot een voortdu rende vergroting van de bedrijfsinvesteringen. Zij zijn hiertoe echter alleen in staat, wanneer tegen over deze toeneming van de investeringen ook een voldoende groei van het eigen vermogen plaats vindt. Een verhoudingsgewijs ruim eigen vermogen en vooral een toereikende mogelijkheid van vermo gensvorming acht de K.N.B.T.B. een onmisbare basis voor zelffinanciering van een aanzienlijk deel van de investeringen. Overigens zijn de kredietvoorzieningen voor de agrarische bedrijven door het landbouwkredietwe zen de laatste jaren aanmerkelijk verruimd. Het fi nancieringsprobleem, dat vooral bij bedrijfsover- neming aan de dag treedt, ligt dan ook niet zozeer in het aantrekken van financieringsmiddelen. Doch de aan het krediet verbonden lasten van rente en aflossing lopen bij grote investeringen zodanig op, dat zij door de ondernemer niet meer op te brengen zijn. Daar is vooral van een groot knelpunt sprake. landbouwwensen bij kabinetsformatie In de wensen, die het georganiseerde landbouw bedrijfsleven voor de komende regeringsperiode op tafel heeft gelegd, wordt met name aandacht ge vraagd voor de problematiek van het betrekkelijk kleine zelfstandige landbouwbedrijf. Evenals in de nota van de K.N.B.T.B. wijst het Landbouwschap in zijn brief aan de kabinetsinformateur en de fractie leiders op de ernstige financiële moeilijkheden waarmede veel jonge boeren bij de overneming van het bedrijf hebben te kampen. Het Landbouwschap vindt het gerechtvaardigd, dat bijzondere regelingen worden getroffen, welke de financiering van deze bedrijven vergemakkelijken. Wat de verbetering van het fiscale klimaat en vermindering van de lasten op landbouwgrond aan gaat, wordt gewezen op de land- en tuinbouw in de andere E.E.G.-landen. De georganiseerde landbouw acht voor het recht trekken van deze ongelijkheid onder meer gewenst, dat de bedrijfswinsten lager worden belast, de in vesteringsaftrek weer wordt ingevoerd, evenals de mogelijkheid tot vervroeging van de afschrijvingen. De waterschappen zouden voorts jaarlijks een sub sidie van 30 van hun totale lasten moeten ont vangen, in 1968 te beginnen met een uitkering van 30 miljoen. Ten behoeve van het structuurbeleid is een uit breiding van de ontwikkelingssubsidies van het Ontwikkelings- en Saneringsfonds nodig. Het is te hopen dat in het toekomstige beleid de noodzakelijke voorwaarden kunnen worden gescha pen voor het handhaven en versterken van de po sitie van de groep van zelfstandige agrarische on dernemingen in ons land, die de concurrentie met boeren en tuinders elders kan doorstaan. 83

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1967 | | pagina 9