financieel overzicht
rentedaling hield aan
De rentedaling heeft in de eerste maand van het
nieuwe jaar grotere afmetingen aangenomen en de
conclusie, dat met de uitgifte van de tweede 7 %-
Staatslening, die zulk een massaal succes bij be
leggers in binnen- en buitenland heeft geoogst, de
periode van een extreem hoge rentestand definitief
is afgesloten, werd door de ontwikkeling van de
afgelopen maand nogmaals bevestigd.
De verwachting, dat het renteverloop spoedig een
dalende lijn zou gaan volgen, berustte op twee fac
toren, nl. ten eerste op het vertrouwen, dat het fi
nanciële beleid van het overbruggingskabinet met
haar op een herstel van het monetair-economische
evenwicht gerichte program heeft gewekt; en ten
tweede op de te verwachten afneming van de in
vesteringsactiviteit in bepaalde sectoren van het
bedrijfsleven, die met een vermindering van de
vraag naar nieuwe kapitaal voor investering ge
paard moest gaan.
Terwijl het op een herstel van het monetair-eco
nomische evenwicht gerichte regeringsbeleid tot
een verbetering van de betalingsbalans met naar
raming 1300 miljoen zal leiden, zoals het Centraal
Planbureau verwacht, zal de tendentie tot rente
daling worden versterkt door een daarop gerichte
internationale samenwerking, waartoe de grote cen
trale banken hebben besloten.
Het eerste land dat het officiële disconto heeft
verlaagd, is West-Duitsland geweest, waar het offi
ciële rentetarief van 5 tot 41/2 werd terugge
bracht. België verlaagde het officiële disconto van
5% tot 5 en Engeland van 7 tot 61/2
Een verlaging van het disconto door de Nederland-
sche Bank bleef tot dusvere achterwege, klaarblij
kelijk op grond van de overweging, dat het officiële
rentetarief steeds aanzienlijk beneden het peil van
de kapitaalmarktrente is gebleven, terwijl de rente
daling op geld- en discontomarkt eerst kortgeleden
is ingezet. Bovendien handhaven de rentetarieven
in het particuliere bankwezen zich, onder invloed
van de onderlinge concurrentie der bankinstellin
gen, nog steeds op zeer hoog peil.
hoog rentend schatkistpapier gevraagd
Aan de andere kant mag er zeker op worden ge
wezen, dat de Agent van het ministerie van Finan
ciën tot tweemaal toe de tarieven voor schatkist
papier met één achtste procent heeft verlaagd en
wel op 9 en 20 januari jl., terwijl met ingang van 27
januari de afgifte van alle soorten schatkistpapier
zelfs werd stopgezet, nadat eerder in de maand
reeds de afgifte van promessen met een looptijd
korter dan een jaar was gestaakt. Voor jaarspro
messen werd het tarief toen gebracht op 5 ter
wijl het bij de tweede verlaging op A7/6 werd ge
bracht.
De stopzetting van de afgifte van nieuw papier
was het logische gevolg van de sterke toeneming
van de vraag naar kortlopend beleggingsmateriaal
in de laatste maanden. Deze grotere belangstelling
weerspiegelde zich in een toeneming van het be
drag, dat aan schatkistpapier uitstond met ongeveer
een half miljard. Op 30 januari beliep dit nl. 4597
miljoen, waarvan 1278 miljoen schatkistpromessen
en 3319 miljoen schatkistbiljetten. Op 5 decem
ber 1966 was het totaal precies 4097 miljoen ge
weest, terwijl het sindsdien geleidelijk steeg en bij
de aanvang van het nieuwe jaar 4269 miljoen uit
maakte.
Terwijl de verwachting van een verdere renteda
ling en mogelijk een discontoverlaging door de Ne-
derlandsche Bank ongetwijfeld als een stimulans op
de vraag naar schatkistpapier heeft gewerkt, is
kennelijk hierbij ook van invloed geweest de ver
zachting van het voorschrift inzake de verplichte
dekking die het bankwezen bij de Nederlandsche
Bank, bij overschrijding van het kredietplafond,
renteloos moet aanhouden, waarvan wij in ons vo
rige overzicht reeds melding hebben gemaakt. Deze
verlichting komt er op neer dat, wanneer er slechts
van een geringe collectieve overschrijding van dat
plafond sprake is, de verplichte depositostorting
64