hagel:
een permanente bedreiging
voor landbouwer,
tuinder en fruitkweker
Op ons verzoek heeft mr. A. A. Eygenraam, di
recteur van de Eerste Onderlinge Schadeverzeke
ringmaatschappij voor Land- en Tuinbouw het vol
gende artikel voor ons blad geschreven.
Wij zullen in het volgende nummer, zij het in an
der verband, op het hagelrisico terugkomen. Van
harte hopen wij, dat 1967, waarvan het hagelsei-
zoen voor de deur staat, een heel wat gunstiger
beeld zal geven dan het ronduit desastreuze jaar
1966!
trieste balans van 1966
Nu het jaar 1966 voorbij is, kan de volle omvang
van de hagelcatastrofe, die op tal van plaatsen in
Nederland de land- en tuinbouw heeft geteisterd,
worden vastgesteld.
De Nederlandse hagelverzekeraars hebben in
totaal rond 20 miljoen aan hagelschade uitge
keerd, waar een brutopremie-inkomen tegenover
staat van rond 10 miljoen.
Als men daarbij voegt de vele miljoenen aan
schade, die niet door verzekering waren gedekt,
dan beseft men hoe zwaar de hagel kan toeslaan
en hoe machteloos de mens staat tegenover dit
geweld van de natuur.
hoe ontstaat hagel?
Hagel valt in de vorm van ijsknikkers of ijsbrok-
ken, meestal met een middellijn van 0.5 tot 5 cm.
Deze hebben vóór hun aankomst op de aarde al
een bewogen bestaan achter de rug.
Boven in een actieve onweersbui, die met zijn
veelal torenvormige koppen (cumulo-nimbus) tot
op een hoogte van 8 a 10 kilometer komt, kan het
erg koud zijn. Op die hoogte zijn temperaturen van
van 20 tot 40 graden onder het vriespunt geen
zeldzaamheid in een periode met sterk onsta
biele lucht. De opstijgende warme lucht koelt
af, zodat zich eerst fijne waterdruppels vormen
die nog zweven en als wolken zichtbaar wor
den, maar bij het voortschrijden van dit proces
worden deze druppels zó groot dat ze gaan vallen.
In deze actieve buien komen als het ware schoor
stenen voor, waardoor de lucht in versneld tempo
omhoog wordt gevoerd en daarbij snel afkoelt.
Deze opstijgende luchtstromingen halen soms snel
heden van ver boven de 100 km per uur. De water
druppels, die mee omhoog worden gevoerd, ko
men boven de vorstgrens, het z.g. ijskiemniveau.
Zij worden onderkoeld en gaan daarna over in ijs,
waarmee de hagelsteen is ontstaan. Deze kleine
hagelsteen botst telkens tegen andere onderkoelde
druppels, die vervolgens ook prompt bevriezen en
met de bestaande kleine ijssteen samenklonteren.
Door zijn gewicht gaat de steen vallen tot zij op
nieuw in een krachtige opwaartse stroming om
hoog wordt gestuwd. Steeds neemt de hagelsteen
56