enquête discussiegroepen Op 9 december jl. werden de vragenlijsten in zake de discussiegroepen aan de aangesloten banken verzonden. Het formulier bevatte ruim 60 vragen en bood alleen daarom al goede mogelijk heden tot het verkrijgen van een zo volledig mo gelijk beeld van de meningen en wensen van de directeuren/kassiers. Het enquêteformulier was zo ingericht, dat bij iedere vraag een aantal mogelijke antwoorden werd gegeven. Het hieruit gekozen antwoord kon dan worden aangekruist. Vanzelfsprekend kan op deze wijze de invulling aanzienlijk sneller plaats vinden dan wanneer de betrokkene het antwoord op de gestelde vragen zelf moet formuleren. Na tuurlijk heeft deze methode ook een nadeel. Het kan immers heel goed gebeuren dat iemands me ning door geen van de mogelijke antwoorden pre cies wordt weergegeven. De beantwoording is dan bepaald minder precies en ook minder genu anceerd dan wanneer men zelf zijn mening kan formuleren. Maar tegenover dit nadeel staat behalve de hierboven reeds genoemde tijdwinst bij de invulling nog een ander, bijzonder groot, voordeel. Dit voordeel betreft de verwerkingsmo gelijkheden. Wanneer ieder namelijk in eigen be woordingen zijn visie geeft op een bepaalde vraag en bij de verwerking deze bijna 500 antwoorden (want zoveel formulieren hebben wij ontvangen!) als het ware samengevoegd worden, is het vrijwel onmogelijk hieruit een totaalbeeld samen te stellen waarin iets bewaard is gebleven van zovele indi viduele meningen en formuleringen. Met andere woorden, de kans is bijzonder groot dat datgene wat aan de juiste weergave van de meningen ge wonnen :s bij de .nvulling, weer in de massa ver loren gaat bij de verwerking. Wanneer evenwel zoals hier het geval was de beantwoording plaatsvindt door een keuze te maken uit een beperkt aantal alternatieven kan de verwerking veel exacter plaatsvinden. Boven dien kunnen de ontvangen antwoorden nu met behulp van een computer worden verwerkt. Dit opent weer geheel nieuwe mogelijkheden. Op de ze wijze kunnen immers bepaalde verbanden in de beantwoording gezien worden die anders niet gemakkelijk aan het licht zouden komen. Ter ver duidelijking hiervan nemen we een eenvoudig voorbeeld. Stel dat op een bepaalde vraag twee antwoor den mogelijk zijn. Nu blijkt dat ongeveer 50% van de ondervraagden het eerste antwoord kiest en 50% het tweede. Dit geeft dan wel een be paald inzicht in de verdeling van de meningen, maar biedt nog weinig concrete mogelijkheden om er iets mee te doen. Als nu echter een ver band gelegd kan worden met andere ontvangen gegevens, kan dit antwoord in een geheel nieuw licht komen te staan. Dan zou b.v. kunnen blijken dat de ondervraagden, die het eerste antwoord kozen, vooral gevonden worden in het oosten van het land, of bij banken in de stedelijke sfeer, of onder de wat oudere directeuren, terwijl degenen die het tweede antwoord kozen, gevonden wor den in een heel andere categorie van deelnemers. Op deze wijze krijgen de ontvangen antwoor den aanzienlijk meer ,nhoud. Maar het is duide lijk dat het althans binnen een kort tijdsbestek vrijwel ondoenlijk is allerlei verbanden en samen hangen zichtbaar te maken zonder de hulp van een computer. Alleen al uit het verheugend grote aantal te rugontvangen vragenlijsten blijkt hoezeer de dis cussiegroepen nog steeds in de belangstelling staan. Direct na de ontvangst is dan ook begon nen met de vastlegging en verwerking van de ver kregen gegevens. Wat de resultaten zullen zijn, valt nog n et te voorspellen. Wij hopen zo spoe dig mogelijk daarover nadere mededelingen te kunnen doen. Eén ding is echter al wel duidelijk; er bestaat voor de discussiegroepen nog altijd veel enthousiasme en dat is tenslotte de eerste voorwaarde voor het welslagen van iedere opzet en aanpak van de discussiegroepen, nu en in de verdere toekomst. 15

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1967 | | pagina 17