dere mate dan in vorige jaren in de vorm van kort lopend schatkistpapier, maar geheel ten koste van de liquiditeiten, terwijl bovendien nog een belang- rijk beroep op de Nederlandsche Bank moet wor den gedaan. Het feit, dat de goud- en deviezenvoor raad van de Nederlandsche Bank ten opzichte van einde augustus jl. nauwelijks, nl. van 7.248 tot 7.227 miljoen, verminderde, wijst er op dat slechts in geringe mate op de tegoeden in het bui tenland is getrokken ter verlichting van de kaspo- sities. hoge leningrente Kenmerkend voor het voortduren van de schaar ste op de kapitaalmarkt was het overigens, dat de nieuwste 7 lening van de Bank voor Nederland sche Gemeenten, ondanks de zeer grote belang stelling die hiervoor bij de inschrijving bestond zodat het leningbedrag op het maximum van 200 miljoen moest worden gesteld bij het afsluiten van de maand slechts een agio deed van ongeveer Va De belangrijkste emissie na die van de B.N.G. is ongetwijfeld geweest die van de Nederlandse Gas unie. Het leningbedrag is daarbij doelbewust tot 100 miljoen beperkt, hoewel het rendement bij een rentevoet van 7% en een emissiekoers van 99 V2 voor zulk een eersterangs lening bijzonder aantrekkelijk kon worden genoemd. Daardoor werd nog eens in het licht gesteld dat de emissiehuizen zich terdege van de gevoeligheid der kapitaalmarkt bewust zijn en deze noch wat betreft het tempo van de achtereenvolgende emissies noch wat de om vang daarvan aangaat willen overvoeren. De grote hypotheekbanken, zoals het concern van de Friesch-Groningsche en de Westlandsche geven thans 7 8-jarige pandbrieven a 99 af, terwijl de Veenkoloniale Bank te Sappemeer 7% rentende 15-jarige pandbrieven uitgeeft a 98 en 8-jarige pandbrieven a pari. groter tekort op belastingsbalans Een jobstijding voor geld- en kapitaalmarkt was wel de herziene raming van het tekort op de beta lingsbalans voor het lopende jaar. Terwijl het Cen traal Planbureau in september jl. dat tekort nog op ongeveer 300 miljoen had becijferd, heeft een nadere studie, verricht op verzoek van de Sociaal Economische Raad, uitgewezen, dat het deficit ten minste 500 miljoen hoger zal worden. Het tekort zal derhalve, onvoorziene omstandigheden voorbe houden, waarschijnlijk uitkomen op 800 miljoen of zelfs nog meer. De oorzaak van deze verslech tering van de betalingsbalans moet in de eerste plaats worden gezocht bij de ongunstiger gewor den verhouding tussen in- en uitvoer. Zo werd de invoer in september jl. voor slechts 91 door de uitvoer gedekt tegen 96% nog in september 1965 en 100% in september 1964. Dat komt doordat de invoer in september jl. aanmerkelijk meer is geste gen dan de uitvoer. Ten opzichte van september 1965 nam de invoer nl. met bijna 300 miljoen toe, waartegenover de uitvoer slechts een uitbreiding met circa 130 miljoen te zien gaf. In het eerste halfjaar van 1966 breidde de invoer zich met 13% uit, waartegenover slechts een uit- voeraccres stond van rond 7 De uitvoer is in het eerste halfjaar zoals men weet vooral ongunstig be ïnvloed door het grotendeels wegvallen van de uit voer van vee en vlees als gevolg van het mond- en klauwzeer, waardoor de grenzen voor vee en vlees uit ons land werden gesloten. Toch heeft de agra rische sector nog een stijging in de uitvoer te zien gegeven. De oorzaak daarvan is echter te zoeken in de prijsstijgingen van verschillende land- en tuinbouwprodukten. Anderzijds is de uitvoer van land- en tuinbouwprodukten in het eerste halfjaar o.a. naar West-Duitsland gedaald. Een tweede belangrijke oorzaak van de achter uitgang der betalingsbalans is te vinden bij het toe risme. Van Nederlandse zijde is nl. aanzienlijk meer voor vakantie in het buitenland besteed dan werd ontvangen door buitenlandse toeristen hier te lande. Ook een vertraging in de export van indus- trieprodukten heeft zijn uitwerking niet gemist. Het halfjaarlijkse rapport dat de S.E.R. op korte termijn zal publiceren en ten behoeve waar van het Centraal Flanburcau haar ramingen herzag, zal stellig nog een beter licht op de verschillende factoren werpen, die het tekort in het buitenlands betalingsverkeer zo belangrijk hebben doen stijgen. 334

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1966 | | pagina 36