beslissingen over de aanbevelingen van dit rapport,
door Bestuur en directie van de Centrale Bank, er
toe zullen bijdragen dat onze organisatie, aange
past aan wat deze tijd vraagt, haar doelstelling nog
beter zal kunnen verwezenlijken. In de gedachte
van Raiffeisen zal dit ertoe leiden, dat de belangen
van onze leden dan kunnen worden behartigd op
een wijze die de snelle maatschappelijke en eco
nomische ontwikkeling vraagt.
De commissie heeft alle vertrouwen dat de ver
dere uitwerking van deze gedachten door Bestuur
en directie van de Centrale Bank nu op redelijke
termijn ter hand kan worden genomen.
Namens het Bestuur dankte de heer H. Wind de
commissie voor de vele werkzaamheden door haar
in het belang van de organisatie verricht.
„Wij verheugen ons bijzonder thans uw rapport
te ontvangen. Wie om zich heen ziet in onze tijd,
ziet hoe snel wij leven, hoeveel er verandert in
korte tijd, de grote groei die vele van onze banken
doormaken, de eisen die daaruit voortvloeien, komt
onwillekeurig tot de vraag welke veranderingen dit
meebrengt in denken en handelen.
Een grote groeiende organisatie als de onze zal
een structuur moeten hebben die zoveel mogelijk
ruimte laat aan de inzichten van de medewerkenden
en zal toch zoveel binding moeten hebben, dat er
geen ruimte is voor particuliere liefhebberijen van
de deelnemers wanneer dit zou indruisen tegen de
algemene belangen van de organisatie. Het zal
steeds de grote vraag blijven, hoe houden we het
besef levendig dat we leden zijn van een grote or
ganisatie, die elkaar nodig hebben en pas met
elkaar iets kunnen bereiken.
Het zal altijd de grote opgaaf blijven de verschil
lende omstandigheden waaronder de banken wer
ken en de zeer verschillende diensten die daaruit
voortvloeien toch zodanig te coördineren, dat het
geheel als een levend organisme groeit en bloeit".
De heer Wind bracht dank aan allen die aan de
totstandkoming van het rapport hebben meege
werkt en sprak de wens uit, dat de Raiffeisenge-
dachte, die de Grondwet vormt van onze organi
satie, ook door dit rapport mag worden versterkt
en uitgebouwd.
324