verband met de betrekkelijk zware verplichtingen waaraan in de loop van augustus moest worden voldaan. Op 29 augustus was het tegoed van het Rijk bij de Nederlandsche Bank, dat op 8 augustus een top van 686 miljoen had bereikt, dan ook tot 185 miljoen teruggelopen, maar daarbij had men de storting van een kleine 200 miljoen op de jongste staatslening per 1 september in het voor uitzicht. De banken beschikten op 29 augustus over f 218 miljoen, wat in het licht van die op handen zijnde storting niet bijster veel was, zodat een tijde lijk nieuw beroep op het krediet van de Nederland sche Bank welhaast onvermijdelijk scheen. Wel valt in dit verband te vermelden, dat het be drag der verplichte deposito's (het z.g. strafdepo- sito), dat de banken bij de centrale bank moeten aanhouden wegens overschrijding van de norm voor de kredietverlening, voor de periode van 15 augustus t/m september van 212 miljoen tot 148 miljoen werd verlaagd. Een soortgelijke ontwikke ling kon in dezelfde tijd in 1965 worden waarge nomen, waaruit men kan afleiden, dat een en ander nauw met seizoenfactoren samenhangt. In dat jaar werd het verplichte deposito verlaagd van f 202 tot f 151 miljoen voor de overeenkomstige periode. straffe kredietbeperking Intussen houdt de Nederlandsche Bank de teu gels van de kredietverlening strak, waarbij even zeer met seizoenfactoren rekening wordt gehouden. Zo is voor de laatste maanden van het lopende jaar slechts een maximale uitzetting van het totale kredietvolume met 4 toegestaan ten opzichte van de gemiddelde stand in het laatste kwartaal van 1965; dit gemiddelde bedroeg f 6744 miljoen. In de eerste vier maanden van dit jaar stond de centrale bank nog een uitbreiding toe met 5 dus tot een totaal van f 7081 miljoen, waarna voor de daarop volgende vier maanden een verlaging van het groeitempo met 1 tot 4 werd voorgeschreven en het maximum volume derhalve tot f 7014 mil joen werd teruggebracht. Ook voor de nog resterende maanden van 1966 acht de leiding van de Nederlandsche Bank der halve het afremmen van de groei noodzakelijk.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1966 | | pagina 34