De minder goede resultaten in 1964 hebben ech
ter een terugslag gehad op de uitbreiding van de
vloot. Het totaal aantal kotters is zelfs iets ge
daald.
Opmerkelijk is nog steeds het verschil in be-
drijfsuitkomsten tussen maatschapskotters en
C.A.O.-kotters. De bemanning van een maat-
schapskotter werkt niet in loondienst, doch op ba
sis van een maatschapscontract, waardoor de op
varenden op grond van verschillende sociale wet-
garnalenvisserij
Na de stijging van het aantal garnalenkotters
gedurende de laatste tien jaar trad in 1965 een da
ling in het aantal op. Besommingen, bedrijfsresul-
ten allen als ondernemer worden beschouwd. Op
de C.A.O.-kotters werkt de bemanning in loon
dienst van de eigenaar van het schip. Deze laatste
groep kotters treft men voornamelijk in Katwijk en
IJmuiden aan. Over het algemeen bereiken de
maatschapsvissers betere bedrijfsresultaten, zowel
wat winst als het arbeidsinkomen betreft. Vooral
voor deze groep is 1965 een gunstig jaar geweest.
Voorts blijkt dat kotters met een groter motor
vermogen betere bedrijfsresultaten behaalder
taten en arbeidsinkomen waren in 1965 echter aan
zienlijk beter dan in het voorafgaande jaar.
vloot en bedrijfsresultaten van de garnalenvisserij
1956 1960 1964 1965
I. Totaal aantal kotters met garnalenvisserij als
hoofdbedrijf210 253 277 251
II. Gem. motorvermogen53 80 103 111
III. Gem. bedrijfsresultaat in f 1.000,
1. Brutobesomming
Breskens-Vlissingen 58 58 81 146
Arnemuiden 79 126
Harlingen 35 52 80
Zoutkamp40 44 56
2. Netto-overschot
Breskens-Vlissingen +11 +10 +4 +31
Arnemuiden 6 +22
Harlingen +7 +3 17
Zoutkamp+7 +3 +9
3. Arbeidsloon
Breskens-Vlissingen 7 7 10 18
Arnemuiden .19 15
Harlingen .68 13
Zoutkamp.78 9
geen gegevens beschikbaar
winst
Bron: LE I.
205