opbrengst (in miljoenen guldens) Grote zeevisserij Kleine zeevisserij 1956 1960 1964 1965 1956 1960 1964 1965 Gezouten haring 27 30 27 26 3 2 Verse haring 10 11 9 10 3 4 6 7 Makreel 3 5 5 5 1 0 1 1 Rondvis 8 10 9 14 4 7 9 13 Platvis 4 5 2 2 16 28 53 64 Bron: C.B.S. De grote zeevisserij is in het bijzonder aange wezen op de aanvoer van gezouten haring. De kleine zeevisserij daarentegen vooral op platvis, waarvan tong niet minder dan 45 miljoen gulden opbracht. De aanvoer van rondvis nam in 1965 toe verge leken met de voorafgaande jaren. Subsidiëring door de overheid van experimentele visserij is hierbij van invloed geweest. De uitvoer is voor de Nederlandse visserij van niet minder belang als voor onze land- en tuin bouw. Zoals uit onderstaand overzicht blijkt, over treft de uitvoer zelfs de waarde van de aanvoer. uitvoer van vis en visprodukten (in miljoenen guldens) 1956 1960 1964 1965 Gezouten haring 29 26 30 30 Verse haring 8 13 9 12 Verse zeevis 24 41 73 91 Schaal- en schelpdieren 25 34 45 52 Visconserven 19 18 18 18 Overige vis 9 16 21 23 Totaal 114 148 196 226 Verse zeevis, waarvan tong zeer belangrijk is, mosselen en rijkste uitvoerprodukten. garnalen zijn naast haring onze belang- de kleine zeevisserij Het verloop van de resultaten van de kleine zee visserij toont nog eens duidelijk de afhankelijkheid van de natuur. Na de strenge winter van 1962/63, waardoor vele jonge tong doodvroor, was er in 1964 enige achteruitgang. In de tweede helft van 1965 nam de tongenvangst weer toe, hetgeen in de bruto-besomming, het netto-overschot (winst) en het inkomen van de bemanning duidelijk tot uit drukking komt. 203

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1966 | | pagina 17