den, gaven ook aan dat de cursisten zich volledig hebben ingezet om tot zo goed mogelijke resulta ten te komen. Door de heer Jurling werd een inleiding gehou den over de relatie leraar-leerling-leerstof. Met grote belangstelling werd hiernaar geluisterd en ongetwijfeld zal over deze materie nog door velen worden nagedacht. Een belangrijk agendapunt was wel de onder linge uitwisseling van ervaringen welke in het eerste gedeelte van de Raiffeisencursus zijn opge daan. Dat bleken er vele te zijn! De uitwisseling geschiedde in een aantal groepsgesprekken; daar na werden de rapporteurs in de gelegenheid ge steld hun opmerkingen en vragen ter tafel te bren gen. Dat daarvan ruim gebruik werd gemaakt wekt geen verwondering, zelfs dwong de tijd tot een be perking. Zo kwamen waardevolle opmerkingen naar voren over de lengte van de periode, waarin de cursisten bij een bank werken, en over het aantal dagen, dat zij in die periode beschikbaar zijn. Ook werd de vraag gesteld of de toelatingseisen voor de cursus niet te hoog zijn, of de vragen in de stageversla gen, die de directeuren/kassiers uitbrengen, niet te moeilijk zijn, of zij niet mondeling dienen be sproken te worden met de cursusleider. Niet zon der kritiek bleef de oproep voor de sollicitanten en wel met name het plaatje van de directeur, dat als blikvanger moest dienen. In de geanimeerdheid van de discussie betrad men ook het gebied van de opleiding van de func tionarissen van do aangesloten banken en zodoen de kwamen ook ter sprake de studiedagen, die voor de functionarissen worden georganiseerd. Men vroeg zich af of aan deze medewerkers een „di ploma" uitgereikt zou kunnen worden. Het bleek dat er meer dan voldoende discussie stof op tafel kwam en dat het ging over vragen die van groot belang zijn voor het geheel van de op leidingsactiviteiten in onze organisatie. De hierbij geplaatste foto wil een indruk ge ven van de groepsdiscussies die gehouden zijn. Dat de zomerse temperatuur er aanleiding toe gaf dat de colbertjes werden „afgelegd" zal ieder dui delijk zijn. Een woord van dank voor alles wat op deze dag en in de periode daarvoor werd verricht voor de cursisten en daarmede voor het geheel van de op leiding in onze organisatie is zeker op zijn plaats.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1966 | | pagina 15