derland nog veel boeren telt, die met een lagere beloning genoegen willen nemen. Wil men dat niet, dan kan men beter uit de landbouw vertrekken, al dus prof. Horring. Dat kan nu zelfs met subsidie. Vroeger kon men de landbouw niet verlaten en dat vormde mede een reden om een pachtprijsbeheer- sing te gaan invoeren. Prof. Horring is duidelijk van mening dat er eigenlijk geen reden meer is om de pachtprijsbeheersing te continueren. Bij een te ka rig pachtprijsbeleid brengt een pachtprijsbeheer sing het instituut van de pacht om hals. En dat is bijzonder jammer gezien de financieringsfunctie van de pacht, waaraan juist in een tijd van stij gende grondprijzen meer behoefte is dan ooit. eeuwigdurende erfpacht met waardevaste canon een oplossing? Prof. Horring, realist als hij is, gaat ervan uit dat de Pachtwet en de daarin belichaamde pachtprijs beheersing nu eenmaal nog bestaat. Naar de bepa ling in de Pachtwet dat een erfpachtrecht van 25 jaar of langer niet door de bepalingen van deze wet wordt getroffen, ontwikkelt prof. Horring zijn theo rie, dat een eeuwigdurend erfpachtrecht met waardevaste canon voor de grondgebruiker uit financieringsoogpunt wellicht een goede oplossing zal kunnen geven. Deze figuur schept enerzijds voor de grondgebruiker een passend gebruiksrecht. Hij kan permanent over de grond beschikken. Wil hij er mee uitscheiden dan kan hij het erfpacht recht verkopen. Anderzijds schept de waardevast heid van de canon voor de eigenaar van de grond die door uitgifte in erfpacht daarvan blote eigenaar blijft, het voordeel van een rendement dat gelijke tred houdt met de waardeveranderingen (meestal stijging) van de grond op de vrije markt. Die waar devastheid denkt prof. Horring te bereiken door koppeling van de canon aan hetzij de koopkracht van de gulden, hetzij aan het verloop van de grond prijzen. Prof. Horring scheidt dus als het ware het gebruiksaspect en het beleggingsaspect van elkaar. Hij geeft toe dat deze figuur alleen een oplossing schept voor de financiering van de grond. Voor de financiering van de te bouwen opstallen zal de erf pachter zelf een oplossing moeten vinden. Ten aanzien van het beleggingsaspect gaat prof. Horring ervan uit dat de eigenaar gezien de waarde vastheid van de canon, genoegen zal nemen met een lager rendement dan overeenkomt met het gangbare rendement uit andere niet waardevaste beleggingen. Ik heb mij persoonlijk de vraag ge steld of dit niet erg theoretisch is. Is een dergelijke belegger gemakkelijk te vinden? Als het door prof. Horring bepleite systeem levensvatbaar zou blijken, zou dit het probleem van de financiering van de grond in de landbouw on getwijfeld dichter bij een oplossing brengen. Of het echter een oplossing geeft voor het vraagstuk van het verteerbare inkomen van de boer moet worden betwijfeld. Want bij verkoop van het erfpachtrecht zal de prijs hiervan de invloed van de supply-price- theorie evenmin ontgaan als de prijs voor in volle eigendom te kopen grond. De landbouwer zal ge neigd zijn er die prijs voor te betalen welke hem nog juist een bestaan oplevert. Zo vormt het probleem van de financiering van de vaste eigendommen in de landbouw, waarmede Marten Douwes Teenstra ongeveer 150 jaar ge leden reeds worstelde, nog steeds een onderwerp van voortdurende studie. Het is niet mijn bedoeling geweest voor dit probleem een bepaalde oplossing te bepleiten. Ik heb u slechts een indruk willen geven omtrent hetgeen er op dit gebied gaande is. Van harte wens ik uw bank toe dat het haar ge geven moge zijn ook in de komende 60 jaar haar steen te blijven bijdragen tot passende financie ringen van haar leden in het algemeen en tot de financiering van de vaste eigendommen in het land bouwbedrijf in het bijzonder. 163

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1966 | | pagina 33