geld welke hij heeft moeten aangaan, dc aflossing
wil besparen op het gedeelte der lening dat be
stemd is ter financiering van de grond. Daar op
grond niet wordt afgeschreven, komt een aflossing
op dat gedeelte der lening neer op een gedwongen
besparing. Daardoor daalt het verteerbaar inkomen
van de boer. Ik betwijfel echter of men door een
eeuwigdurende lening ter financiering van de grond
het probleem rond het verteerbaar inkomen van de
boer oplost. Een landbouwer die een bedrijf wil
kopen en de mogelijkheid zou hebben er een
eeuwigdurende lening voor af te sluiten, zal er re
kening mee houden dat het jaarlijks door hem op te
brengen bedrag, de aflossing voor de lening ter fi
nanciering van de grond niet behoeft te bevatten.
Hij zal dus bereid zijn een hogere prijs voor de
grond te geven dan indien hij deze aflossingsplicht
wel had. Dit is de zogenaamde supply-price theorie.
Het is duidelijk dat de mogelijkheid van eeuwig
durend grondkrediet hogere landprijzen bevordert.
Men lost er ten aanzien van een toeneming van het
verteerbare inkomen van de boer niets mee op.
Eenzelfde invloed zou uitgaan van rentesubsidie,
waartoe men het verlangen tegenwoordig nog wel
eens ziet uitgesproken.
Eeuwigdurend grondkrediet zou bovendien ver
starrend werken op de financiering. Het belang van
de landbouwer is hiermede niet gediend. Wij heb
ben zojuist gezien dat hypothecaire leningen dik
wijls sneller worden afgelost dan bij het aangaan
ervan was gedongen. Dit wijst erop, dat hoezeer
men ook in de landbouw vraagt om financieringen
met een zo lang mogelijke looptijd de landbou
wer het belang ervan inziet dat hij meer aflost dan
is bedongen, indien de bedrijfsresultaten zulks toe
laten. Er zal zeker een tijd komen dat nieuwe finan
cieringen nodig zijn. De ruimte welke is vrijgekomen
door de aflosingen, kan opnieuw benut worden. Bij
eeuwigdurend grondkrediet komt die ruimte niet
vrij, of het moest zijn door stijging van de land
prijzen.
Dat eeuwigdurend grondkrediet verstarrend
werkt op de financiering, is door het Zwitserse
voorbeeld bewezen. Daar kent men deze vorm
sinds tientallen jaren. Het geld dat bij het aangaan
van de lening is verstrekt, is in de loop der tijden
als het ware ,,met de knollen de pot ingegaan". Er
is thans onvoldoende ruimte voor nieuwe financie
ringen waaraan grote behoefte is. Over de bancaire
aspecten van eeuwigdurend grondkrediet wil ik
thans niet spreken.
de pacht als financieringsinstituut
Onlangs heeft in het maart-nummer van het
Landbouwkundig Tijdschrift ook prof. Horring aan
dacht gewijd aan de financiering van de grond in
het landbouwbedrijf. De geleerde schrijver stelt dat
de figuur van de pacht in feite een ideale financie-
ringsvorm is voor de agrarische ondernemer, omdat
hierdoor de grond en dikwijls ook de gebouwen
voor 100% worden gefinancierd. Deze functie van
de pacht wordt echter danig beknot door de in de
Pachtwet neergelegde pachtprijsbeheersing, welke
reeds vanaf 1937 wordt gehanteerd. Zij wordt ge
motiveerd met de stelling dat grond schaars is.
Vrijelijk weergegeven betoogt prof. Horring dat in
economische zin grond natuurlijk schaars is, maar
per se niet exceptioneel schaars. Gezien het voed-
seloverschot kan men grond, als produktiemiddel
van dat voedsel, niet schaars noemen. Vergelijkt
men sinds de crisisjaren de prijsstijgingen van
grond en de algemene inflatoire prijsstijgingen, dan
lopen deze parallel. De belangrijkste functie van de
prijs van land is dat de prijs bepalend is voor de
bestemming van de grond. Schakelt men die vrije
grondprijs uit dan moet een legertje ambtenaren die
bestemming gaan bepalen.
Ondanks de hoge grondprijzen is in de afgelopen
twee jaar viermaal zoveel land van eigenaar verwis
seld, doordat de eigenaar dit aan de pachter ver
kocht dan andersom. Er is dus een tendens naarmeer
eigendom van de grondgebruiker. (Zo'n wonder is
dat niet zou ik hieraan willen toevoegen, nu de ver
pachter door de pachtprijsbeheersing in feite ge
dwongen wordt tot subsidie in de exploitatie van de
landgebruiker). Gezien de aanmerkelijk hogere las
ten welke een eigenaar/gebruiker heeft in verge
lijking tot een pachter, moet het eigenlijk verwon
deren, dat er nog grond in eigendom geëxploiteerd
wordt. Deze situatie bestaat al sedert vele jaren.
En als men dan nog ziet dat er door boeren veel
grond gekocht wordt, dan is het duidelijk dat Ne-
162