worden. Deze vraag naar voorlichting of opleiding
(in ruime zin bedoeld) is overigens wel verklaar
baar. Van iedere bijeenkomst .steek je wat op"
en dat is op zichzelf een leerelement, dat in elke
discussie gevonden wordt. Bovendien wordt deze
vraag nog versterkt door de zich uitbreidende op
leidingsactiviteiten van de Centrale Bank. Immers,
hoe meer aandacht er wordt besteed aan opleiding,
hoe groter de behoefte wordt en hoe meer vraag
er ontstaat, speciaal bij die groepen of catego
rieën, die tot nog toe nog niet bij de één of andere
opleidingsactiviteit betrokken waren. De vraag naar
opleiding en voorlichting is dus gezond en ver
klaarbaar, doch daarmee is niet gezegd, dat de
discussiegroepen hierbij een hulpmiddel moeten
zijn. Wij dachten van niet. De discussiegroepen
zijn steeds bedoeld geweest en hebben ook hun
grote nut bewezen als een orgaan voor communi
catie en moeten dat in eerste instantie ook blijven.
Al deze overwegingen vereenvoudigen de keuze
van onderwerpen voor 1966 voor de adviescom
missie niet, maar aan de andere kant werd het
haar toch weer bijzonder gemakkelijk gemaakt,
dank zij het grote aantal mogelijkheden dat door
vele groepen werd opgesomd. Na het nodige wik
ken en wegen kon dan ook een advies worden
samengesteld, waaruit later de volgende onder
werpen werden gekozen:
1. Beveiliging (voorjaar 1966)
2. Effecten (zomer 1966)
3. Presentatie jaarverslag (najaar 1966)
Inmiddels zijn bij de Centrale Bank de voorbe
reidingen voor de discussienota's begonnen. Wij
hopen met de verschillende nota's op zodanige
tijdstippen klaar te zijn, dat de bijeenkomsten kun
nen worden gehouden in de volgende tijdvakken:
Beveiliging, in maart of begin april.
Effecten, ongeveer in juni.
Presentatie jaarverslag, in oktober of begin no
vember.
Het samenstellen van een goede discussienota
is geen eenvoudige zaak, maar het enthousiasme
van de groepsleden is voor ons een stimulans om
de uiterste zorg aan de voorbereiding te besteden,
opdat mede daardoor ook in 1966 de discussie
bijeenkomsten weer succesvol zullen zijn.
diever f 8 miljoen
Het bereiken van de 8 miljoen aan spaargeld
was aanleiding tot het uitschrijven van een prijs
vraag. Alle spaarders werden in de gelegenheid
gesteld te raden naar het aantal spaarbankboekjes,
dat op 1 december 1965 in omloop was. Een vier
tal spaarders raadde juist, nl. 2927.
De winnaars ontvingen uit handen van de voor
zitter, de heer A. van Zomeren, (rechts) een geld
prijs.
64