discussiegroepen
directeuren/kassiers
Reeds in de loop van 1965 werd het besluit ge
nomen ook in het komende jaar met de discussie
groepen op dezelfde voet voort te gaan als in de
beide voorafgaande jaren. Dit is op zichzelf een
feit om even bij stil te staan. Toen in oktober 1963
de eerste plannen werden gemaakt, waren alle be
trokkenen zich bewust te beginnen met een expe
riment, dat in deze vorm voor alle deelnemers
nieuw was en waarvan het succes bij voorbaat be
paald niet vaststond. Dat succes bleek evenwel al
spoedig. Reeds na de eerste bijeenkomst (over
documentatie) werd duidelijk, dat met de discussie
groepen in de roos was geschoten. En hiermede
bedoelen we niet alleen dat de bijeenkomsten in
teressant, leerzaam en gezellig waren. De groene
documentatiebandjes op de kantoren van de aan
gesloten banken (ze staan toch bij de hand!) zijn
in deze vorm mede het resultaat van de in de dis
cussiegroepen uitgesproken meningen en leveren
zo nog dagelijks het tastbare bewijs van het nut
van die bijeenkomsten.
Inmiddels zijn de twee jaren welke als proef
periode waren vastgesteld, verstreken. In plaats
echter van ons op dit moment voor de vraag te
stellen of de functie en de werkwijze van de dis
cussiegroepen ook in de toekomst onveranderd
moet blijven, of in enig opzicht moet worden aan
gepast, is besloten deze aanloopperiode met een
jaar te verlengen. Hiervoor golden twee motieven.
Allereerst is het wenselijk na te gaan of ook over
een wat langere periode het succes van de bijeen
komsten blijvend is. Verder is het verstandig even
af te wachten of uit de beraadslagingen van de
structuurcommissie wellicht aspecten naar voren
zullen komen, die van betekenis kunnen zijn voor
de verder aan te houden koers.
Toen dus in december jl. de adviescommissie
bijeen kwam om zich te bezinnen op het program
ma voor 1966 stond voorop, dat de opzet van de
discussiegroepen geen wijziging zou ondergaan.
Dit maakte de keuze uit de door de diverse groe
pen ingediende suggesties niet gemakkelijker. Bij
die suggesties waren er namelijk vrij veel die ken
nelijk voortkwamen uit een behoefte aan voorlich
ting en/of opleiding, maar die zich minder of hele
maal niet leenden tot een gedachtenwisseling of
een groepsgesprek, waarbij verschillende stand
punten of ideeën tegen elkaar afgewogen kunnen
63