administratieve kanttekeningen kredietadministratie In de circulaire d.d. 17 november 1965, code nummer 4.01/8 wordt de gemechaniseerde ban ken geadviseerd de kredietadministratie op speciaal daarvoor ingerichte kredietenkaarten bij te houden. Deze wijziging in de administratie heeft ten doel de registratie van de kredieten op meer efficiënte wijze te doen voeren. Ten aanzien van enkele aspecten willen wij in dit artikel een aantal opmerkingen maken. kredietenstaat Bij de meeste gemechaniseerde banken werd tot nu toe de kredietadministratie bijgehouden op kredietenstaten (form. 18110). Bij een aantal banken wordt hiervoor gebruikt de kredieten- kaart (form. 18111). Aan het bijhouden van de kredietenstaat zijn verschillende nadelen verbonden. In de eerste plaats is het invullen van deze staat een maandelijks weerkerende bezigheid. Indien deze staat op de juiste wijze wordt bij gehouden, vergt het invullen van de kredietbe dragen en de optelling van deze bedragen vrij veel tijd. Verder wordt op de kredietenstaat de historie van een krediet vastgelegd gedurende de pe riode van één jaar. Op het einde van het jaar is het noodzakelijk, dat de kredietenstaat wordt overgeschreven. Het overschrijven van de kre dietenstaat in de drukke periode op het einde van het jaar wordt door de nieuwe vorm van administratie voorkomen. Ook de controle op de juiste overneming van de vele gegevens is dan niet meer nodig. De banken, welke tot nu toe kredietenkaarten (form. 18111) gebruikten, wordt voorgesteld ook deze administratie met de boekhoudmachine bij te werken. invulling maandstaat Indien de kredietadministratie wordt bijge houden op de kredietenkaarten, zoals dit is ver meld in genoemde circulaire, zullen de werk zaamheden worden vereenvoudigd. Bij banken 32

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1966 | | pagina 34