staat u niet alleen, want het is bijzonder moei
lijk op deze vraag een concreet antwoord te
geven. Behalve de diverse mogelijkheden, is
het ook de persoonlijke aanleg, welke een be
langrijk woordje meespreekt. Om daarvan een
voorbeeld te noemen: Wanneer men beslist
geen gevoel heeft voor het verzekeringsvak,
zal men zeker in die richting geen verdergaande
studie ambiëren dan strikt noodzakelijk is. Het
C-diploma assurantiën zal wel worden behaald,
maar het zich voorbereiden op het diploma B
en zo mogelijk A zal door deze medewerker
niet geschieden. Daarentegen zal een perso
neelslid, dat in de toekomst een baan hoopt te
krijgen, waarin hij zijn belangstelling voor het
verzekeringsvak volledig waar kan maken, zich
onmiddellijk na het behalen van het C-diploma
aanmelden voor het B-diploma en ook geen rust
vinden, voordat hij het A-diploma heeft behaald.
Soortgelijke voorbeelden zijn aan te halen
met betrekking tot andere opleidingen.
richtingaanwijzer
Ten aanzien van de kennis, welke nodig is
voor de vervulling van de functie van directeur/
kassier, moeten eisen worden gesteld. Deze
eisen zullen per bank kunnen verschillen en
ook door velerlei factoren kunnen worden be
paald.
Bij de voorkeur op grond van een persoon
lijke belangstelling moet men zich ook de vraag
stellen welke diploma's zijn het meest van be
lang voor het maken van carrière. Het is duide
lijk, dat hier niet alleen de mogelijkheden voor
medewerkers bij de aangesloten banken aan de
orde zijn, maar dat het hier ook gaat over de
opleidingsmogelijkheden voor de jongere direc
teuren/kassiers zelf.
Bij de beantwoording van de vraag in welke
richting de studie zal gaan, is het ook nuttig
een blik te slaan in het salarisadviesrapport
1964. Daarin wordt met name gesproken over
het Staatspraktijkdiploma voor Bedrijfsadmini
stratie en de akten M.O. Boekhouden en M.O.
Handelswetenschappen en ook over de ac
countantsopleiding en een academische oplei-
ding.
Ingeval van benoeming van een nieuwe direc
teur/kassier zai van de kandidaat die theore
tische kennis verlangd kunnen worden, welke
voor een goede taakvervulling bij de desbetref
fende bank gewenst is. Die kennis zal ook in
de beloning tot uitdrukking komen.
Daarom zal het dus aanvankelijk niet de per
soonlijke voorkeur dienen te zijn welke de stu
dierichting bepaalt, maar zal overwogen dienen
te worden aan de genoemde opleidingen, met
name aan die voor het Staatspraktijkdiploma
voor Bedrijfsadministratie en de akten M.O.
Boekhouden en M.O. Handelswetenschappen,
prioriteit te verlenen. Moge dit een richtingaan
wijzer bij de studie zijn zowel voor de mede
werkers als voor de jonge directeuren/kassiers
van onze aangesloten banken.
Wij stellen ons voor in het volgende nummer
iets meer te vertellen over de opleiding voor
het Staatspraktijkdiploma voor Bedrijfsadmini
stratie en de akten M.O. Boekhouden en M.O.
Handelswetenschappen, om dan vervolgens in
enkele artikelen aandacht te schenken aan
de hiervóór genoemde andere opleidingsmoge
lijkheden in het bankbedrijf, het verzekerings
bedrijf en in de algemene economie.
25